Meren, bergen en fjorden: Wanaka - Rob Roy gletsjer - Queenstown - Milford Sound


Advertisement
Published: January 15th 2018
Edit Blog Post

Total Distance: 0 miles / 0 kmMouse: 0,0

Lake Hawea - Wanaka - Mount Aspiring - Arrowtown - Queenstown - Milford Sound - Te Anau - Clifden


Als we ‘s ochtends wakker worden is het schitterend weer, wel een beetje koud. We ontbijten voor onze Jucy en kijken uit over Lake Hawea. In een klein halfuur rijden we Wanaka binnen, een populaire plaats bij veel (jonge) Nieuw-Zeelandgangers, omdat je in de omgeving veel activiteiten kan doen, zoals bungee-jumpen. Je merkt dat hier een andere sfeer hangt, er zijn veel cafeetjes en winkls. De plaats ligt mooi aan het gelijknamige meer en de herfst heeft hier al duidelijk zijn intrede gedaan. Veel bomen zijn prachtig rood en geel gekleurd. Dat vinden ook de Chinezen, die hier en masse met hele dure lenzen de herfstkleuren aan het vastleggen zijn. Wij slaan brandstof en boodschappen in en rijden verder langs de oevers van het meer. Overal staan de bomen in vuur en vlam. Na een tijdje houdt het asfalt op en rijden we verder door een vallei met veel hertenfarms (inderdaad ligt er rond de kerst veel hertenvlees uit NZ in de schappen). Hoe verder we vorderen door de Matukituki vallei, hoe imposanter het landschap wordt. De kale bergen gaan over in groene, met gletsjers bedekte bergen van het Mount Aspiring National Park. Als we die binnenrijden wordt de weg een stuk slechter en moeten we zeven maal een stroompje oversteken, nu met goed weer prima te doen. Uiteindelijk komen we aan bij een grote parkeerplaats vanwaar verschillende (meerdaagse)wandelingen starten.



Voor de wandelliefhebber is Nieuw-Zeeland een walhalla, er is door heel het land een uitgebreid routenetwerk met (berg)hutten om te overnachten. Wij doen het iets rustiger aan en gaan naar de Rob Roy Glacier toe, een afstand van 10 kilometer heen en weer. Klinkt misschien makkelijk, maar dat blijkt het niet te zijn. Het eerste stuk was redelijk vlak, maar nadat we een hangbrug oversteken gaat het alleen maar steil omhoog, kilometer na kilometer. We stijgen in totaal zo’n 400 honderd meter en volgen we rivier die langs ons naar beneden raast. Op enkele plekken is het wandelpad verlegd door gevallen rotsen. Al enige tijd hebben vangen we een glimp van de gletsjer op tussen de bomen door. Er zijn veel mensen aan het wandelen, het is met reden een van de populairste van het Zuidereiland. Uiteindelijk komen we uit op een open vlakte, waar je uitzicht hebt over de Rob Roy gletsjer. Dit is een hangende gletsjer die in de vorige eeuw ontdekt is. We genieten een tijdje van de omgeving en dalen dan weer af naar beneden. Het is al laat in de middag, toch gaan er nog steeds mensen omhoog. Of die het voor het donker redden om terug te zijn betwijfelen we. Ook trekken er nog steeds wandelaars de hoofdvallei in, die waarschijnlijk in een hut gaan overnachten. Wij besluiten om hier te overnachten en van het weer te genieten, het blijft handig om je huis altijd bij je te hebben. Ver weg van de bewoonde wereld stralen de sterren ook hier weer uitbundig.



De volgende ochtend hobbelen we de weg weer terug naar Wanaka en rijden door de bergen richting Queenstown. Je kan goed zien dat het hier erg droog is geweest, want alles is dor en kaal. Net voordat we aan de afdaling beginnen komen we bij een uitzichtpunt waar de wolken tussen de bergen hangen. Eenmaal op weg naar beneden rijden we soms door de mist, maar daar is beneden eigenlijk niet veel meer van te merken. We stoppen in Arrowtown, een oud mijnwerkersstadje dat goed bewaard is gebleven. Hier zijn ook wat oude woningen te vinden van Chinese mijnwerkers, die naar deze regio werden getrokken toen de goudreserves opraakten en de “witte” goudzoekers naar betere oorden trokken. Vanuit Arrowtown is het een klein stukje rijden naar Queenstown, een stad tegen de heuvels gebouwd aan de oevers van het Lake Wakatipu. Ook hier komen veel avonturiers om te paragliden, bungee-jumpen, jetboaten etc. We doen boodschappen bij een nieuwe Pack’NSave en willen nog even in de stad rondkijken. We komen in een verkeersopstopping terecht te die maar langzaam voortbeweegt en besluiten dan maar onze weg te vervolgen. We rijden eerst achter een andere Jucy aan langs het meer en komen dan uit in een brede vallei waar het erg hard waait. In Te Anau stoppen we om onze watervoorraad bij te vullen en rijden dan steeds verder de bergen in van het het Fiordland National Park. We kiezen een kleine camping van de DOC uit, te midden van steile bergen en aan de oevers van een riviertje. Het lijkt Noorwegen wel.



Als je kampeert kom je wel eens voor verrassingen te staan en zo ook vannacht. Midden in de nacht horen we iets ritselen en het lijkt onder onze kussens te zitten. Natuurlijk is dat niet zo en zien we niets. Wat later maak ik Esther wakker en zeg dat we waarschijnlijk iets binnen hebben. Niets te zien, dan het licht maar weer uit. Toch horen we het steeds weer, uiteindelijk zie ik een muis die vanaf het aanrecht wegschiet.We kunnen verder niet veel doen, hij is ergens binnen gekomen via een autoband en wielkast en zal dus zo ook weer weg moeten. De muis blijkt niet zo slim te zijn, want we horen nog een lange tijd een krassend geluid van nagels op metaal. Blijkbaar is het niet zo makkelijk voor hem. Na een niet zo succesvolle nacht worden we wakker in een prachtige omgeving. Er hangt ochtendnevel tussen te steile bergwanden en de lucht is kraakhelder en het is heel koud. We besluiten alvast te gaan rijden en zodra we zon hebben te ontbijten. Het landschap doet heel erg aan Noorwegen denken. We stoppen op een punt dat uitkijkt over een dal wat geheel in de mist gehuld is, ontbijten en frissen ons wat op. Hierna dalen we af richting de kust. Als we nog een keer stoppen worden we omringd door Kea’s, de enige alpinepapegaai ter wereld. Deze vogels zijn erg brutaal en gaan voordat je het weet op de auto zitten.



Via een lange tunnel en heel wat haarspeldbochten komen we uiteindelijk aan in Milford Sound. Hier gaan we een boottocht maken door de fjord die hier naar de oceaan loopt. Bij de terminal checken we in en gaan we aan boord van de boot van Real Journeys. Het is big business hier, want verschillende maatschappijen maken tientallen afvaarten per dag. Het is nog bewolkt, maar in de verte zien we de eerste stukjes blauw aan de hemel verschijnen. We bemachtigen voorop het dek een goede plek tussen de vele Aziaten en we varen langzaam de haven uit. Hoe verder we komen, hoe meer het weer opklaart. Dit geeft een mooi schouwspel van bergen, wolken en zonnestralen. We passeren verschillende watervallen die honderden meters van de berghellingen komen gestort. De boot stopt op enkele centimeters van de rotswand onder een waterval, om ons heen houdt iedereen zijn adem in. Alle wolken zijn inmiddels opgelost en we genieten van de omgeving. De hoogste toppen steken 2300 meter boven het wateroppervlak uit. Als we eenmaal bij de zee aankomen zien we een paar dolfijnen springen. We maken een bocht en varen terug de fjord in. De Aziaten krioelen om ons heen en zijn druk met het maken van selfies. De fjord is niet zo lang, maar door de wanden die loodrecht het water ingaan erg indrukwekkend. Na anderhalf uur meren we weer aan in de haven en moeten we de hele weg weer terug rijden. Een straf is dat natuurlijk niet, want de smalle, door gletsjers uitgesleten dalen zijn schitterend.



In Te Anau stoppen we bij een openbare douche, waar je voor 5 Dollar 8 minuten kan douchen. Af en toe moet dat toch eens. Hierna vervolgen we onze weg naar Manapouri, een plaats die aan een groot meer ligt met daarachter imposante bergen. De resterende kilometers naar Clifden rijden we over een weg met weinig verkeer, we zien gedurende een uur slechts een paar tegenliggers en een enkele wielrenners. De bergen en weiden die we passeren worden door de laagstaande zon mooi goud gekleurd. We overnachten die nacht op een rustige gratis parkeerplaats aan een rivier, waar ook een oude hangbrug van 111 meter uit 1899 over hangt. Tegen zonsondergang staan er aardig wat kampeerders, waarvan de meeste in oude auto’s overnachten en in het donker met hoofdlampjes op staan te koken. Je moet er maar zin in hebben.


Additional photos below
Photos: 42, Displayed: 27


Advertisement



Tot: 0.218s; Tpl: 0.018s; cc: 9; qc: 43; dbt: 0.1525s; 1; m:domysql w:travelblog (10.17.0.13); sld: 1; ; mem: 1.1mb