Advertisement
Published: April 29th 2008
Edit Blog Post
Zo heilig als een koe
Deze meer dan half naakte Sadhus (heilige hindoe-mannen) delen tika's (rode stippen voor "blessing from the gods") uit aan voorbijgangers Na de culinaire veertiendaagse met de familie Philips werd het voor ons tijd om de herwonnen vetrolletjes weer weg te werken. Onze eerste expeditie was een mountainbiketocht van 70km vanuit Kathmandu door de bergen en Shivapuri Nationaal Park. De rit klom en klom en klom, 29km lang stegen we "rustig" en na uren klimmen (en zweten...) bleek dat we nog maar eens 4,5km steile klim voor de boeg hadden. Dan zouden we volgens onze reisgids de fietsen nog enkele trappen moeten opdragen om zo het hoogste punt te bereiken, maar de weg (ondertussen een pad door het bos in het nationaal park) bleef maar stijgen. Pas tegen 16.30u konden we eindelijk aan de afdaling beginnen, maar die was even extreem als de steile klim. Het bospad liep bijna recht naar beneden en twee uur voor het einde gebeurde het onvermijdelijke: mijn voorwiel deed iets geks op een steen in een putteke en ik sloeg overkop, van de bergwand af, recht de struiken in; Yves zag mij nog net verdwijnen. Een paar bloedende tanden, enorme blauwe plekken, een verstuikte teen en een gekneusde rib kreeg ik als aandenken. De volgende twee uur waren een race tegen de tijd om veilig en ongeschonden
Big Buddha is watching you
Swayambunath: boeddhistische stupa in hartje Kathmandu terug in Kathmandu te geraken voor het donker werd.
Geradbraakt en stijf stonden we maandagochtend aan de Indische ambassade voor de volgende horrorstory. Op papier ziet het er heel eenvoudig uit: op dag 1 stap je vrolijk de ambassade binnen en vul je een telexformulier in. Vier dagen later kom je terug een dien je je aanvraagfomulier in. Dezelfde namiddag spring je nog even snel binnen om je visum op te pikken. Tot zover de theorie…
Visumperikelen dag 1:
Om 6.00u 's morgens gaat de wekker. De ambassade opent pas om 9.30u, maar we hadden gelezen dat we op voorhand al een nummertje moesten afhalen. Zo stonden we om 7.00u aan de ambassade met nummertje 79 in de hand. Nog niet zo erg, denk je dan. Om 9.00u werd de rij opgesteld en waren we getuigen van de Wonderbaarlijke Vermenigvuldiging: bij nummer tien stond al 30 man in de rij. Laatkomers zonder nummer sloten aan bij landgenoten. Vooral Israeli's waren erg bedreven in het smeden van ad hoc vriendschapsbanden: nieuwe, intense relaties (met de ermee gepaard gaande priviliges) schoten als paddenstoelen uit de grond. De blauwe ingangspoort van de ambassade verbleekte tot een punt in de verte... Tot
onze verbazing schoot het toch flink op. Ons geluk was echter van korte duur: toen we om 10.30u eindelijk binnenstrompelden bleek de voltallige rij zich verplaatst te hebben voor 1 loket. Volhardend schoven we opnieuw achteraan aan. Toen we na een halfuurtje wachten nog geen meter waren opgeschoven, keken we onderzoekend om ons heen: nummer 15 stond ergens halverwege de rij, nummer 58 ergens vooraan en nummer 84 en 92 stonden enkele meters voor ons gezellig met elkaar te keuvelen. Het begon ons te dagen: zodra je je nummer aan de ingangspoort hebt afgegeven geldt de wet van de sterkste. Voor beleefde mensen als ons was er maar 1 plaats: de laatste. Om 12.00u stipt ging het loket onverbiddelijk toe. Met zo'n 40 anderen dropen we af... Gelukkig hadden we een plan: in de 'wandel'gangen (oh ironie, je komt geen stap vooruit!) hadden we opgevangen dat we ons nummertje al om middernacht konden oppikken (officieel worden nummers pas om 3.00u 's nachts uitgedeeld). Na een korte smeekbede en een pruillip van Anne kropen we kort na middernacht in bed met het nummer 10.
Visumperikelen dag 2:
Om 8.30u 's morgens gaat de wekker. Lekker uitgeslapen staan we helemaal vooraan
Abseilen bitte!
Gracieus als een berggeit daalt Anne een 9-meter hoge waterval af in de rij. Om 9.15u is er plots enige commotie: een Indische dame stapt met een groep toeristen uit een minivan en overhandigt ze de nummers 1 tot 9. Verdacht... Bij navraag of ze de nummers verkoopt strijkt ze zich zenuwachtig door het haar en vertelt me dat de groep buitenlanders haar vrienden zijn. Enfin, geen gebrom, we hebben nummer 10 en de blauwe poort is nog steeds binnen handbereik. De deur gaat open, we stormen naar binnen en rond 11.00u is het onze beurt. We geven de ingevulde telex af en dertig seconden later keren we met ons aanvraagformulier en lichte hoofdpijn naar huis.
In afwachting van onze visumaanvraag deden we een driedaagse "Action Pack": raften, kayakken en canyoning in de exclusiviteit van het Royal Beach Camp, dat we helemaal voor ons alleen hadden (inclusief 8 man personeel!). Vergeet de afvaart van de Lesse maar! De eerste dag leerden we verschillende kayaktechnieken: swift strokes, ferry glides en T-rescues hebben ondertussen geen geheimen meer voor ons. De eskimoroll daarentegen hebben we geoefend en geoefend maar helaas, we hebben de "hip flip" nog niet onder de knie... De volgende dag was "canyoning" aan de beurt: klimmen tot de top van
Salsa op het water
Met heup en roeispaan moet je die kwakkele kayak overeind zien te houden de heuvel en dan door watervallen naar beneden abseilen. Best eng in het begin, maar uiteindelijk viel het wel mee. In de namiddag kregen we gratis en voor niks nog verder kayaklessen maar die eskimoroll wil nog steeds niet lukken. De laatste dag hebben we 's morgens weer gekayakt, waarna het tijd was voor het raften. Door de kloof die de rivier heeft uitgehold, omringd door majestueuze bergwanden en langs stroomversnellingen en vissende mannetjes: het was een mooie afsluiter van onze driedaagse en met spijt en natte haren stapten we weer op de bus richting Kathmandu.
Visumperikelen dag 5:
Om middernacht gaat de wekker. Nog doodmoe van onze action pack staan we op om een nummertje af te halen aan de Indische ambassade. Drie straten verderop realiseren we ons dat het vrijdag is en de ambassade in het weekend gesloten is. Typisch voor ons (en frustrerend...). 's Morgens besloten dat we het weekend liever buiten Kathmandu zouden doorbrengen en op het dak van de propvolle bus tot Nagarkot gegaan. Alleen al voor het "dakzitten" zouden we extra betalen: zalig met wat frisse wind en prachtige uitzichten, en ik als enige vrouwelijk element tussen een dertigtal mannen.
Nagarkot belooft
Oftewel: dansen op een dunne koord
De latino heupbewegingen moeten nog een beetje bijgeschaafd worden normaal gezien spectaculaire uitzichten over de achterliggende bergen maar blijkbaar is dat in een ander seizoen want een constante "melklucht" vertroebelde elk uitzicht. Ook toen we de volgende dag belachelijk vroeg opstonden voor de zonsopgang en het panorama werden we weer op "melk" getrakteerd. Vanuit Nagarkot zijn we teruggewandeld tot Kathmandu (we hebben wat vals gespeeld en op de saaie stukken snel een busje genomen) via drie religieuze heiligdommen. Eerst kwamen we voorbij Changu Narayan, een oude hindoe-tempel op een heuveltop. Tussen rijk gevulde landbouwpercelen en groententuinen wandelden we tot aan de hoofdweg waar we een minibusje namen tot aan de Bodhnath Stupa, een van de grootste stupa's ter wereld en het religieuze centrum voor Tibetaanse vluchtelingen. Het laatste deel van onze wandeling bracht ons naar Pashupatinath, het belangrijkste hindoeistische heiligdom in Nepal. De heilige Baghmati-rivier stroomt door Pashupatinath en het is hier dat de doden gecremeerd worden. De rituele crematies zijn indrukwekkend: de lichamen worden "gezuiverd" en vervolgens bedekt met een kleurrijke sari en een regen aan bloemen. Dan wordt het lichaam door de mannen op de brandstapel gehesen waarna de oudste zoon driemaal om de stapel heenloopt en met de fakkel in zijn hand op verschillende plaatsen het
Beach volley
Na het kayakken konden we met het personeel nog wat volleyballen op het strand vuur aansteekt. In een mum van tijd staat alles in lichterlaaie en blijft de familie rouwend achter. Het is moeilijk te beschrijven hoe overweldigend het was: het ritueel laat ook buitenstaanders niet onberoerd.
Visumperikelen dag 8:
Maandagochtend stonden we weer trouw op post aan de ambassade. Onze nachtelijke rit toe had ons de nummers 44 en 45 opgeleverd want het personeel was al nummertjes beginnen uitdelen om 21.30u! De Indische vrouw stond weer vooraan met een groep buitenlanders: blijkbaar heeft ze nieuwe vrienden gemaakt. Een Humo op een tafeltje verraadde de aanwezigheid van een landgenoot en al snel geraakten we aan de praat over trekkings (en scouts!). We mogen zijn trekking guide book lenen; zijn tips kregen we er gratis bij. Bovendien was na bijna vier uur wachten onze visumaanvraag in orde en konden we in de namiddag na amper een uur aanschuiven ons visum afhalen. Een geluksdag!
Morgen kunnen we eindelijk aan onze trekking beginnen. Eerst nemen we de bus naar Syabru Besi (zou 10 a 11 uur duren want ondanks de korte afstand is de weg afschuwelijk slecht) en 's anderendaags beginnen we eraan. In twintig dagen tijd willen we via Langtang over Gosainkund (gebied met
Royal beach club
Anne inspecteert het materiaal ("Mmmh, zo'n rode kayak vloekt wel met m'n bikini...") bevroren meren) tot Helambu gaan. Nadat we onze bezwete sokken hebben uitgewassen krijgen jullie het exclusieve verslag!
Advertisement
Tot: 0.121s; Tpl: 0.018s; cc: 14; qc: 23; dbt: 0.0841s; 1; m:domysql w:travelblog (10.17.0.13); sld: 1;
; mem: 1.1mb
Nonkel Jos
non-member comment
HiHiHi, Indische efficiency ?
Hallo Ann en Yves, zopas mijn visa verlengd. Wat ? Ellenlange rijen ? Jazeker, maar je moet iemand kennen die je langs die rijen loodst (blikken van afgunst moet je ontwijken) en dan, hop, handetekeningtje zetten, "iets" achterlaten, en vijf minuten later weer buiten. Hoezo, ellenlange rijen ??? Tot ziens in Mumbai, ik zal je de "truuken" leren... Geniet van Nepal (zolang het nog kan).