Nog even naar de bergen in Alamedin Canyon en vliegen naar Osh


Advertisement
Kyrgyzstan's flag
Asia » Kyrgyzstan » Osh
September 29th 2013
Published: September 29th 2013
Edit Blog Post

Total Distance: 0 miles / 0 kmMouse: 0,0

Cholpon Ata - Tyoplye Klyuchi


Vandaag hebben we een hele rit voor de boeg van Cholpon-Ata naar Alamedin Canyon, een van de valleien in de bergen bij Bishkek, in totaal zo’n 350 kilometer. Eerst ontbeten we nog in het hotel, vandaag (dankzij de Amerikanen?) kregen we wel veel lekkers. Eieren, spek, vers brood, jam, pap en heel veel snoepjes en koekjes. Het uitchecken verliep langzaam, blijkbaar deed het creditcardapparaat het niet, dus na veel pogingen stopten we er maar mee. We stopten eerst nog even bij het oude Sovjet vliegveld van de stad, we reden naar de kop van de oude landingsbaan en keken even hoe hard de Pajero kon. Onderweg naar Balychky kwamen we door enkele verlaten badplaatsen en onderweg ook nog langs het nieuwe vliegveld van het Yssyk Köl. Toevallig stond er een vliegtuig, maar foto’s nemen mocht helaas toch echt niet. Het is nog steeds heiig, waardoor het nog steeds lijkt alsof je aan zee bent en niet de overkant van het meer kan zien. Na Balychky ging de weg door een kloof snel naar beneden, van 1500 naar 800 meter. De Japanners waren bezig de weg te verbreden tot vierbaans, sommige delen waren al af en gescheiden door een betonnen muur voor de veiligheid. Eenmaal beneden kwamen we in de vallei waar ook Bishkek verderop in ligt en konden we goed doorrijden tot in Tokmok. In de stad wisselden we wat Euro’s voor Sommen en kochten we een hamburger bij een snackbar. Aan de overkant van de weg zagen we net een bruidspaar met aanhang naar een standbeeld lopen, dus wij er achteraan. Genietend van onze hamburger zaten we op een bankje het gezelschap te observeren. Wat ze er precies deden wisten we niet, eerst een beetje champagne drinken en daarna Fanta, ze konden natuurlijk nog niet dronken worden.

Niet ver buiten Tokmok staat een van de trekpleisters van Kirgizië, de Burana Tower. Deze toren is het enige wat over is van de stad Balasagun, welke gebouwd is eind 900. De toren is nu nog 24 meter hoog, ongeveer de helft van wat hij ooit was. Een steile en smalle trap gaat naar de top van de toren, waar je een schitterend uitzicht hebt over de Ala-Too Mountains, alleen was er nu weinig uitzicht door wat regen en bewolking. Bij de toren kwamen ook verschillende bruidsparen foto’s nemen. Volgens de kaart konden we binnendoor op onze bestemming komen door dicht tegen de bergen te blijven. Dat lukte eerst goed, maar op een gegeven moment zou de weg door moeten lopen naar het westen toe, maar wij konden dat niet vinden. Na wat zoeken besloten we naar de hoofdweg terug te gaan en dan maar via Bishkek te rijden. Op de hoofdweg was het heel druk, dus we schoten niet echt op. Ook in Bishkek was het spits, maar gelukkig konden we op goed geluk toch de juiste straat vinden die naar de Alamedin vallei liep. Ook nu zagen we verschillende stoeten bruidsparen de bergen in trekken om feest te vieren.

De weg ging hoger en hoger en kwam langs een luxe resort (a 165 dollar per nacht) en kwamen uiteindelijk bij het sanatorium. Dit op 1700 meter hoogte gelegen sanatorium bestaat uit een hoofdgebouw met zwembad en wat verderop gelegen vakantiehuisjes en restaurant en wordt gerund door het ministerie van energie. Natuurlijk was het personeel weer verbaasd dat westerlingen hier willen slapen, maar het leek ons een leuke ervaring. Accommodatie was inclusief drie maaltijden, avondeten om 19 uur, ontbijt om 8 uur en lunch om 13 uur. Een vriendelijke meneer ging met ons mee en legde alles vol enthousiasme uit. Wij knikten vriendelijk ja en praatten in het Nederlands terug, wat maakt het uit? Na de rondleiding nam hij ons mee naar de opzichter die een sleutel gaf en zei hij dat we niet moesten uitglijden over de vallende herfstbladeren. We kregen huisje 3-2, wat bestond uit een slaapkamer en een badkamer. We vermoedden dat de enige deur die niet openging wel naar de zitkamer moest leiden, maar waarom wij geen sleutel kregen wisten we niet. Tegen 19 uur gingen we naar de kantine waar nog twee tafels bezet waren (zo druk was het dus) en kregen een simpele, maar heerlijke maaltijd bestaande uit gekruide rijst met soepvlees en een tomaat/komkommersalade. ’s Avonds ging ik (Robbert) nog naar de opzichter om te vragen wat er nu in die andere kamer was. Met veel handen en voeten ging ze zuchtend mee en deed uiteindelijk de deur open. Tadaaa, nog een slaapkamer met een zitje en tv, maar die was voor drie personen en wij waren maar met twee. Het warme water kregen wij niet aan de praat, maar dat was een kwestie van de andere kraan wat langer open laten staan. De volgende dag hoorden we van een andere gast dat er twee gekke Amerikanen waren die geen warm water hadden, maar waarom dan, het deed het toch gewoon. Rare mensen hoor...... We moesten er erg om lachen.

Het ontbijt bestond uit het brood van gisteren (of eergisteren) met een kom warme melk met vermicelli. Gelukkig hadden we zelf nog een goed brood van gisteren, dus hebben we alsnog ontbeten alvorens de vallei in te wandelen. Langs de snelstromende Alamedin Rivier ging het omhoog en omlaag, over rotslawine’s en weiden verder de vallei in. Af en toe zagen we wat paarden aan de overkant van de rivier. Na een uur gingen we zitten om van het uitzicht te genieten en besloten we niet verder te lopen, aangezien het uitzicht niet erg zou veranderen. Op de weg terug kwamen we verschillende Koreanen tegen die met de hele familie een dagje gingen picknicken en van alles omhoog sleepten. Op de weg terug stopten we bij het hoofdgebouw om nog een duik te nemen in het zwembad met water uit de hot-spring. Het zwembad had betere dagen gezien, maar was nog geheel betegeld en het water was aangenaam warm. Eén wand van het zwembad zag groen van de schimmel, maar ja, het water was goed voor de gezondheid (en een beetje radioactief volgens de reisgids), dus dat mocht de pret niet drukken. Tijdens het zwemmen werden we aangesproken door een vrouw uit Kazachstan die maar door bleef gaan over het kopen van een auto in Kirgizië, dat was namelijk erg goedkoop voor Kazachen. Wij maar vriendelijk ja knikken, heel veel begrepen we niet

Eenmaal terug in Bishkek gingen we eerst langs het guesthouse waar we twee weken geleden in sliepen om een paar souvenirs te kopen en langs de snackbar om een hamburger met friet. In het centrum haalden we wat dollars voor Oezbekistan en stopten nog bij het Victory Square waar een groot herdenkingsmonument staat voor de Tweede Wereldoorlog. Het park was nu overgenomen door verschillende bruidsparen die onder het monument stonden. Hun auto’s stonden drie rijen dik geparkeerd op de staat voor het monument. Bishkek zag er nu in de zon toch aangenamer uit als twee weken geleden in de regen. Nadat we de kampeerspullen weer terug hadden gebracht was het tijd om afscheid te nemen van de Pajero die ons overal trouw over en doorheen heeft gesleept. De eigenaar bracht ons terug naar de hoofdweg zodat we een taxi konden nemen naar het vliegveld. Dat werd een hele oude VW Polo (eind jaren 80), maar alles kon erin en met 313000 km op de teller reed hij nog goed. Op het vliegveld checkten we in, liepen we nog even rond en gingen naar de gate. Dat bleek een ruimte te zijn die al heel vol zat. Wij dachten misschien met 30 man in het vliegtuig te zitten, maar dat waren er toch wel zo’n 150. Boarden was een chaos, aangezien ze hier net als in andere Aziatische landen niet op hun beurt kunnen wachten en toch wel denken dat het vliegtuig zonder hen weggaat. Dringen, dringen, dringen door de smalle deuren, kinderen werden niet ontzien. Toen gingen we 20 meter met de bus naar het vliegveld en begon het dringen weer van voren af aan. Ach ja, het hoort erbij zullen we maar zeggen. Met wat vertraging vertrokken we richting Osh, er werd wel 10 keer geteld en uiteindelijk kwamen ze toch op het juiste aantal passagiers. Helaas was het al donker en zagen we niets van de bergen, maar de vlucht duurde ook maar 40 minuten. Alles werd ook keurig in het Engels omgeroepen voor ons, want we waren de enige buitenlanders aan boord.

Op het vliegveld van Osh was geen verlichting, een bouwlamp bescheen het vliegtuig. Nadat we in de terminal aankwamen zagen we geen bagageband, iedereen bleef wachten in de aankomsthal. Na enige tijd verscheen er een vrachtwagen waar alle bagage op lag, die werd uitgedeeld aan de passagiers. Zo kan het ook natuurlijk. Een taxi was snel gevonden die ons naar het Peking Hotel bracht. Dit hotel is gebouwd en wordt beheerd door Chinezen. Ook alles in het hotel komt uit China, van het bed tot de douchegel.

Nu nog wat dingen die ons zijn opgevallen in het land, we hebben het al over een paar dingen gehad, zoals de mensen, het verkeer en de prijzen. Soms lukt het niet om een sleutel uit een slot te halen, maar dan moet je je gewoon bedenken dat ze er hier plat uit gaan en niet rechtopstaand als bij ons. Dring overal vooral voor, want anders sta je er over een half uur nog. Als het stoplicht bijna op groen gaat rijd je alvast de halve kruising over. Ondanks dat we lazen dat de politie vaak controles houdt, zijn we niet een keer aangehouden. We hebben ook niet een ongeluk gezien op de weg, dus ze rijden misschien niet normaal, maar ze weten wel wat ze doen. Je kan gewoon overal Nederlands praten en elkaar verstaan, wat maakt het ook uit, Engels wordt heel sporadisch gesproken en zo kan je nog eens met elkaar lachen. Zo ook in een restaurant, laat ze gewoon de kaart oplezen en je hoort wel een paar bekende klanken. De Sovjetgeest zit er ondanks meer dan 20 jaar onafhankelijkheid nog in, dat merk je bijvoorbeeld aan het vasthouden van regels. Van 9 tot 10 ontbijt, niet een half uur eerder ook al ben je de enige gast.



Kirgizië zit er nu echt op, morgen gaan we naar de grens met Oezbekistan die hier op 15 minuten rijden ligt. We kunnen terugkijken op een reis die veel verschillende facetten van het land heeft kunnen laten zien: de natuur met zijn meren, uitgestrekte hoogvlakten, immense besneeuwde bergen met prachtige valleien en watervallen. Een land waarin traditie nog steeds in ere wordt gehouden, zoals de herders op de hoogvlakten en in de valleien. Er is zeker nog meer te ontdekken, zoals de westkant van het land bij Osh, dus een bezoek in de toekomst sluiten we zeker niet uit. In de volgende blog gaan we verder Oezbekistan in, wat gelijk weer voor aparte en interessante ervaringen zal zorgen!


Additional photos below
Photos: 26, Displayed: 26


Advertisement



29th September 2013

Hoi travelers, Wel handig dat jullie in een radioactief zwembad zijn geweest; dan hebben jullie geen zaklantaarn meer nodig als het donker wordt: follow the green Robbert! Leuk, al die onverwachte gebeurtenissen. Ik zie steeds Esther de bergen op gaan. Blijf jij steeds beneden om foto's te maken? Is jullie autootje onbeschadigd het land doorgekomen? Mijn auto heeft een flinke deuk en de verf is er over decimeters af aan de zijkant. Dank aan iemand die in een parkeergarage een beetje ruim uitgedraaid heeft en natuurlijk geen briefje heeft achtergelaten. Hopelijk treffen jullie het in Oezbekistan ook met het weer. Aan de foto's te zien, hebben jullie het aardig getroffen. Veel plezier op de ontdekkingstocht. Groetjes, LIn en Su
30th September 2013

Geweldig, dat je gewoon Nederlands praat en zij hun taal en dat je dan toch wel weer bekende klanken opvangt. Dat van die vrouw met de jurk binnenstebuiten is ook wel gaaf. Wel typisch, dat het Japanners zijn die aan de weg werken! Je ziet ook nu weer, dat Amerikanen echt overal komen en jullie konden er je voordeel mee doen met een goed ontbijt. Hopelijk gaan jullie veel zien in Oezbekistan!

Tot: 0.067s; Tpl: 0.014s; cc: 14; qc: 32; dbt: 0.0295s; 1; m:domysql w:travelblog (10.17.0.13); sld: 1; ; mem: 1.1mb