Dag 10, 11, 12 en 13: Welcome to the jungle!


Advertisement
Suriname's flag
South America » Suriname
December 10th 2015
Published: December 11th 2015
Edit Blog Post

Dag 10:

Karen en ik vertrokken tegen half 8 richting het kantoor van Su4you om tegen 8u te vertrekken. Maar ook hier botsten we tegen het Surinaamse planningsvermogen. De andere groep was gezegd dat we om 9u verzamelden. Een uur wachten dus. Na een uurtje kwamen Stef en Jens aan. 2 vrolijke Nederlanders van onze leeftijd. Daarna voerde een taxi ons naar Lelydorp waar de gidsen op ons wachtten. De taxichauffeur wilde wel eerst stoppen bij een souvenirwinkeltje. En wij moesten dus volgen. Gek om mee te maken. Eenmaal aangekomen ontmoetten we de gidsen. Dion en Randy. Ze beloofden ons de trip van ons leven. En daar legden ze de nadruk heel erg op. Toen we zeiden dat ze de verwachtingen wel heel erg hoog aan het leggen waren, zeiden ze dat ze zeker waren van hun stuk. Ik ben eens benieuwd!

Voor we vertrokken, gingen we eerst even naar een winkeltje van een indiaan in Lelydorp. We namen wat foto’s in echt indianenkledij en leerden wat over de verschillende kruiden die ze gebruiken. Daarna gingen we naar de markt waar ze veel fruit en groenten verkochten. De gidsen sloegen een voorraad in en we mochten allemaal een vers sapje kiezen. Karen en ik gingen voor grapefruit. Heel lekker en verfrissend.

We zaten nog maar even in de auto en mijn oog viel op iets aan de achteruitkijkspiegel. Iets wat leek op een slang. Ik dacht eerst aan een accessoire om aan de spiegel te hangen, maar toen bewoog het zijn hoofd. Het was een levensechte boomboa. Een wurgslang die Randy als huisdier hield en altijd met hem meeging. Bertje de boomboa was zijn naam. Dion duwde de slang meteen in onze handen, wat wel even schrikken was. Maar hij heeft de hele trip in de auto geweest en we leerden allemaal goed omgaan met Bertje J

We stopten onderweg nog even langs een Chinese supermarkt (echt élke supermarkt wordt gerund door chinezen!) om ijs en drank in te slaan. Ook kruiden voor het eten en dat soort dingen. We passeerden ook een huis waar Dion wat ‘wiri’ (wiet) kocht om van te genieten tijdens de trip. Ongelooflijk die gidsen! Het werd snel duidelijk dat Dion bijna iedereen die we tegenkwamen kende. Nog nooit meegemaakt! Dit werd over de gehele trip enkel maar bevestigd.

We stopten onderweg bij een indianendorp waar we gezellig even een babbeltje deden met de lokale bevolking. Ze zaten bijna allemaal aan de winkel met een Parbo (Surinaams bier). Ik dronk samen met hen een biertje en praatte met een dronken indiaan over politiek en wereldvrede. :p Geweldige ervaring!

We kwamen verder aan een lange brug over de coppenamerivier waar we even ‘gingen chillen’. Stef ging even vissen en daarna sprongen de 2 Nederlanders even in het water. Randy reed even ergens naartoe om het jachtgeweer te gaan halen. Karen ging wat pootje baden en ik bleef op de brug om een poging te wagen om vogels te fotograferen en iets te drinken met de gidsen. We dronken een Borgoe-Cola en een Borgoe-Fanta. Heel erg lekker. We aten bij een controlepost waar onze gidsen hot dogs en chicken nuggets klaarmaakten voor ons. Ondertussen legden we een kaartje met ons 4. Vanaf hier gingen we verder tot in de vroege uurtjes tot we genoeg dieren gespot hadden, zeiden de gidsen. Zo gezegd zo gedaan. We reden tot half 3 ’s nachts. We zagen en hoorden een heleboel ara’s en toen het donker werd, sprong er een ocelot over de weg, die had ik net gemist! Verdorie toch! Het volgende die dat we zagen, werd de hoofdvogel, of beter hoofdzoogdier, van de trip! We zagen een margay. Een katachtige dat de grootte heeft van een gewone huiskat en het uiterlijk van een jaguar. Helaas waren we iets te traag met het nemen van het fototoestel, dus je zal het prachtige dier even moeten ‘Googlen’. Prachtig gewoon! Verder op de weg kwamen we ook een boomkikker tegen die we even op ons hoofd enzo zetten. Een heel mooi dier! Ook zagen we in het water de oranje ogen van een sluipende kaaiman en sprong er voor ons op de weg een pad. Een extreem snelle. Die was niet normaal snel!

Ook ving onze gids nog een zwaluw (hij ving vroeger illegaal vogels en kon ze dus perfect lokken!) en konden we die ook eens van dichtbij bekijken. Tegen half 3 werd het tijd om een slaapplaats te zoeken. Dit deden we over een brug in het midden van de weg. De hangmatten hingen we van de ene naar de andere kant van de brug in de hoop dat er niemand anders voorbij moest. Randy en Stef gingen nog even jagen op boshazen. We lagen nog niet lang in de hangmat toen we een schot hoorden galmen in de jungle! Een stem uit de hangmat van Dion klonk: ‘Haasje dood’ (met Surinaams accent). ’s Ochtends zag ik de boshaas liggen naast de hangmat van Randy. Dit werd ons avondeten voor de volgende dag. Maar daarover morgen meer! Het was al een fantastische start van de trip! Het beloofde een geweldig avontuur te worden!



Dag 11:

Zoals ik eerder zei, stonden we op met een doodgeschoten boshaas (grote beesten trouwens!) naast ons op de brug. Wakker worden onder de blote junglehemel was ook echt fantastisch! Toen we nog even lagen te ‘chillen’ (populair woord in Suriname) moesten we plots snel onze hangmatten opruimen, want er moesten vrachtwagens door om aan de weg te werken. We sliepen tenslotte in het midden van de brug van de enige weg door de jungle.

We aten ons ontbijt op de brug op en daarna begonnen Randy en Dion met het slachten van de Boshaas (of paca). Vacht eraf met een mes, buik opensnijden, ingewanden eruit, wassen en de koelbox in voor straks. Verser dan dit wordt het niet.

Daarna wandelden we iets terug om hier echt de jungle in te trekken. Van het pad af met een kapmes de bossen in. Ze wilden ons een verborgen parel laten zien in de jungle. Na ongeveer een 20-tal minuutjes wandelen, kwamen we aan de voet van een berg. Het gesteente leek wat op geharde lava. En dit was zo over de hele berg. Een bosarm stukje bos midden in de jungle. Volgens Randy en Dion waren Karen en ik de eerste Belgen die deze berg beklommen. Het was immers hun eigen ontdekking en er waren nog geen Belgen (of ‘wabliefjes’ zoals zij ons noemden) geweest. Toch weer iets om thuis te vertellen! We zagen er jaguarkak liggen, maar helaas hebben we de ontlaster hiervan niet gezien.

We wandelden via een andere weg terug. Via een ander mooi plekje dat ze gevonden hadden. Er was een erg mooi gekrulde liaan te zien waar je op kon gaan zitten alsof het een troon was.

Terug bij de kampplaats nam Karen plaats bovenop het busje samen met Randy. De rest ging er in zitten en we gingen verder om dieren te spotten. We zagen weer vele ara’s en ook van ver enkele zijdeaapjes en capucijnaapjes.

We naderden Avanavero, een gebied in de jungle waar je enkele dorpjes hebt. Bij een dorpje aan de oever van de kabaleborivier hielden we halt, zeiden dag tegen de familie die er woonde en aten we een stuk watermeloen. In het dorpje waren enkel de basisvoorzieningen aanwezig. Ongelooflijk wat mensen kunnen doen met zo weinig.

Na wat gerelaxt te hebben, namen we wat we nodig hadden uit de auto en stapten we de boot op om naar de overkant te varen en vanaf daar te wandelen naar het eiland Wanawiro, een stukje paradijs in de jungle. De weg daarnaartoe was heel erg mooi. Het was heel erg droog, dus de rivier stond laag, waardoor we het hele stuk konden wandelen en af en toe eens tot onze knieën door het water moesten ploeteren. Dit leverde enkele prachtige foto’s op. Onze bagage werd met veel gemanoeuvreer door het lage water met de boot gebracht. Bij aankomst viel onze mond open. Op het eiland hadden ze een bouwwerk neergezet waar je kon overnachten en eten. Heel erg mooi en volledig omringd door natuur! Onderweg was Dion van de boot gevallen en had hij een diepe wonde. Gelukkig kent Karen wat van verpleegkunde en kon zij de wonde goed verzorgen. Daarna was het weer tijd om te relaxen. We haalden wat slaap van de vorige nacht in, behalve Karen, want zij kan niet slapen overdag, en Randy maakte de paca klaar. Karen maakte een wandeling op het eiland en zag enkele brulapen. Dit mochten we dan ook horen toen we wakker werden. Iets over het sterke geslacht enzo J We konden ook even douchen, wat zeker welkom was na een dag door de jungle.

Als avondmaal aten we de paca en wat rijst en bonen. Dat smaakte best goed na zo een lange dag en korte nacht. We dronken die avond nog wat Borgoe met cola en gingen slapen in een prachtig opgedekt bed, wederom in het midden van de jungle op een eiland.

Alweer een prachtige dag was voorbij.



Dag 12:

We werden gewekt door de junglegeluiden rondom ons.

Randy en Stef stonden wat vroeger op om te gaan vissen en Karen en ik besloten om een ochtendwandeling te doen. Een zeer goed idee, want we zagen weer prachtige dingen en namen prachtige foto’s van ons twee om in te kaderen J We gingen naar de rand van het eiland en zetten ons op een steen om te genieten van de rust, toen opeens een reuzenotter op nog geen 10 meter van ons verscheen en het beboste water in dook. Ik probeerde een foto te nemen, maar die was zeer onduidelijk. Hier was ik dan ook niet op voorbereid. Ietsje later meende ik ook een groot dier met een zwart-grijs-witte vacht te zien tussen de bomen heen. Dit zou wel eens heel goed een reuzenmiereneter geweest kunnen zijn. Ik probeerde dichter te komen, maar van het dier geen spoor meer. Misschien had ik het me ingebeeld, maar waarschijnlijk niet.

We besloten naar de andere kant van het eiland te gaan waar we enkele mooie foto’s namen van ons twee. Hierna leek het ons wel tijd om te gaan ontbijten.

We kwamen terug en de geur van gebakken eitjes kwam ons al tegemoet. Heel erg lekker een goed gekruid eitje op een boterham met kaas. Ik dronk ook 3 kommen thee, zoveel deugd deed het! J

Hierna wandelden we met een inwoner van het dorp naar een gigantische boom. Heel erg de moeite om te zien. Daarna nam hij ons mee op een flinke wandeltocht door, over en langs de Kabaleborivier naar een rotstekening van een oude indianenstam van honderden jaren geleden. Daarachter lag de kabalebowaterval. Maar het was het heel laag water, dus zagen we maar een stukje. Onderweg vond onze gids ook een pijlgifkikker. We moesten heel erg veel over stenen klimmen en dan terug langs de andere kant van de rivier terug naar het eiland waar we ons middageten aten. Lekkere hotdogs!

De hoogste tijd nu om weer op pad te gaan! We zitten al lang genoeg op dezelfde plek! Terug met de boot naar het dorpje waar ons busje geparkeerd stond, waar we onderweg daarnaartoe nog wat ijsvogels zagen. We vertrokken terug op pad en aten onderweg nog een lekkere pompelmoes (die zijn hier echt zoooo lekker!). Onderweg sprong er opeens een zijdeaapje voor het busje. We konden niet op tijd remmen. Gelukkig sprong het meteen terug recht en liep het bos in.

Onze volgende stop was een oud, verlaten treinstation. Prachtige vervallen machines en perfect dus om foto’s te nemen. Stef klom op het dak van de oude trein en ik besloot te volgen. Je moest heel voorzichtig zijn, want alles was heel erg oud en wankel. Opeens voelde ik een pijnlijke prik in mijn been. En één in mijn hand. En weer 3 in mijn been! Ik was in een wespennest gestapt! En de wespen hier zijn veel groter dan die bij ons. Ze zien er ook heel anders uit. Ze lijken meer op gigantische muggen! Ik stond daar dus bovenop die oude trein en overwoog om eraf te springen. Zeker 3 meter naar beneden. Gelukkig hielden ze op toen ik wat verder naar de voorkant van de trein ging en moest ik geen halsbrekende toeren uithalen. Het waren erg pijnlijke steken, maar al bij al viel het nog best mee. Het had erger kunnen aflopen en nu heb ik weer een cool verhaal om thuis te vertellen. Het gebouw zat ook vol met vleermuizen, maar daar mochten we niet bij in de buurt komen, want die hebben veel ziektes, dus dat deden we dan maar niet.

We reden verder naar Apoera, een dorp met ongeveer 3000 inwoners. We kwamen eerst aan in een gehuchtje iets buiten het dorp, bij wederom echte indianen. Ze maakten sieraden van noten die je kon kopen. Stef werd uitgedaagd voor een damspelletje en maakte een dorpeling helemaal in.

Verder gingen we avondeten halen in het dorp en aten we dit op aan de steiger aan de Korantijnrivier bij een prachtige zonsondergang. Bij het eten zat een hoopje pepers waarvan ik dacht dat ik ze allemaal weggedaan had. Zo een klein stukje is zooo pikant! Niet normaal!

Daarna konden we deze pikantigheid gaan afspoelen in de rivier met een nachtelijk zwempje. We zaten toen tussen Suriname en Guyana, want die rivier was de grens. Toen we weer uit water kwamen, riep Randy ons even bij hem. Hij had een vogelspin gevonden. De moedigen onder ons lieten deze over hun lijf kruipen, maar ik, pussy dat ik ben, vond dat niet nodig. Met het excuus ‘Iemand moet de foto’s nemen’ kwam ik er mee weg.

Nog even de lokale supermarkt binnen om een Parbo te drinken en wat ijs en drank te halen en ondertussen nog een gesprekje met de locals.

Toen we weer vertrokken zat de sfeer er goed in! We dronken Borgoe- en Mariënburg-rum gemengd met Sprite en Cola. De muziek extra hard en genieten. Sommigen stoken een joint op en met de geur van wiet, drank en feestmuziek op de achtergrond, reden we weer de jungle in! Wat een ervaring! Onderweg zagen we een slang die Karen met haar blote handen ving. Wat heb ik toch een moedige vriendin! Eentje om trots op te zijn!

Het was tijd om te gaan slapen en deze keer deden we dat in het gebied van het bakhuis. Een oud vliegveld. We passeerden een obstakel dat normaal wordt vastgelegd met een slot. Onze gidsen haalden het slot eraf zodat het niet meer dicht kon. Zo waren we er zeker van dat we nog weg konden als ze het op slot wilden doen. Ook dit was echt in de jungle en we hingen hier onze hangmatten op aan de bomen, maakten een kampvuur en aten marshmallows boven het vuur. Daarna kropen we in onze hangmat om weer een nacht in de jungle te slapen onder de blote hemel. Weer een geslaagde dag!



Dag 13:

Weer wakker worden met junglegeluiden op de achtergrond en de opkomende zon door de bomen. Dat wordt je echt niet beu. Behalve misschien de muggen dan. We aten snel ontbijt en toen was het aan Karen en mij om op het dak te zitten. Deze dag gingen we voornamelijk rijden, dus het was een uitgelezen moment. We reden tegen 60-70 per uur over de rode bauxietweg waardoor we volledig onder het rood zand zaten. Het was erg gezellig op het dak, want we zongen wat liedjes (pardon, Karen zong, ik keelde) met de wind in onze haren! Zo reden we even door, totdat er opeens vanuit de bijzitterskant een loop uit het raam verscheen. En zo een hoofd en dan de rest van Randy. Op dat moment zag ik in de verte vogelachtigen over de baan lopen. Al rijdend schoot hij 2 van de 4 boskalkoenen omver. 2 shots, 2 kills. We stapten af en mochten allemaal even poseren met de vangst. Dit ging ons avondeten worden! We zagen nog toekanvogels en onderweg werd er weer goed in de drank en wiet gevlogen (onze bestuurder Dion dronk ook gezellig mee) en de sfeer zat weer erg goed met leuke muziek! Ook Karen en ik zaten ondertussen terug in het busje. Opeens zette Dion het busje aan de kant. Lekke band. Iets te bruut gereden dus! In no time was het opgelost en konden we weer verder. Niet veel later kwamen we werken tegen. (nieuw zand op de weg) en Dion vloog met het busje erover waardoor we opeens weer in panne stonden. Dit keer een probleem met de olieslang. We konden het zelf niet oplossen, dus belde hij zijn monteur en wachtten we een uur. Zo lang duurde het gelukkig niet, want onderweg stopte er iemand met verstand van auto’s en hij hielp ons terug op weg. Vlak voor onze eindbestemming nog even een spannend momentje toen we politiecontrole zagen in de verte. Iedereen had wel iets gedronken en er hing waarschijnlijk nog wel een beetje een wietgeur en op de grond lag het vol lege drankflessen. Snel gordels aan en gelukkig kende Dion (uiteraard!) één van de politiemannen. Ze vroegen hem enkel zijn paspoort en we mochten weer verder rijden. Een zucht gevuld met opluchting weerklonk in het busje. Niet veel later kwamen we op de plek waar we konden eten. Ook weer een heel gezellig plekje waar we onze boskalkoen voorgeschoteld kregen. Van hieruit weer naar Lelydorp om ons weer op de taxi naar huis te zetten. Het was een leuk afscheid met allemaal blije gezichten en veel dankbaarheid. Wat een trip Wat een trip!







In het begin van de trip beloofden Dion en Randy ons de trip van ons leven.

Ik heb slangen vastgehad,

Ik heb een Margay gezien,

Ik heb een Reuzenotter gezien,

Ik ben 5 keer gestoken door wespen omdat ik bovenop een trein stond,

Ik dronk rum,

Ik had een kikker op mijn hoofd,

Ik had een gesprek met een dronken indiaan over politiek en wereldvrede,

Ik zag rotstekeningen van indianen van honderden jaren geleden

Ik zat bovenop het dak van een busje met mijn lief in de jungle,

Ik sliep in hangmatten over een brug onder de blote hemel,

En zo kan ik nog even doorgaan!!



Ze beloofden ons de trip van ons leven en ze hadden gelijk! Wat een fantastische ervaring was me dat!


Additional photos below
Photos: 67, Displayed: 34


Advertisement



12th December 2015

ferm
goh ... ge gelooft het bijna ni als ge t leest, spreekt tot de verbeelding en dan ziet ge de fotos ook nog is. Werkelijk waar te geloven dat ge dit nooit gaat vergeten. Wat een land zeg! t Doet me spontaan aan Harrison Ford & consorten. Alleen de muziek miste nog (in t verslag dan, blijkbaar hebt ge genoeg muziek en alle christelijk verdorvenheden -drank - vrouwen -alcohol - wiet - ... binnen gepakt). Ferm fotos ook, we hebben altijd gedacht dat er een indiaanse in Karen verscholen zat. Nu al benieuwd naar de fotoreportage Rick!!! Ferm jong!

Tot: 0.182s; Tpl: 0.016s; cc: 8; qc: 29; dbt: 0.1116s; 1; m:domysql w:travelblog (10.17.0.13); sld: 1; ; mem: 1.1mb