Advertisement
Published: June 27th 2010
Edit Blog Post
Onze 2e dag brengt ons naar Semarang. Met name in deze stad heeft pa het meeste meegemaakt in zijn tijd in Indonesie. Grappige en zelfs hilarische zaken maar ook verschrikkelijke en traumatische gebeurtenissen. Het heeft gedeeltelijk pa gemaakt tot de man en vader hij altijd is geweest voor mij en mijn broer Ronald.
De weg naar Semarang levert al de nodige verhalen op en pa herleeft de tijd op een fijne wijze zo kan ik zien. We rijden als eerste naar het Candi ereveld voor gevallen militairen. Van mijn vriend Berry Hanssen heb ik een aandenken meegekregen om om het kruis van zijn gesneuvelde oom te hangen. Na de begraafplaats te hebben gevonden heb ik met trots aan zijn verzoek kunnen voldoen. Het valt op dat er zo velen onder een spierwit kruis liggen die de leeftijd van 20 niet of nauwelijks hebben gehaald. Het kerkhof is bijzonder goed bijgehouden en we hebben de “uitvoerders”, die ons erg vriendelijk ontvingen, gecomplimenteerd met hun werk.
We stoppen bij het Elizabeth ziekenhuis waar hij is verpleegd en de omgeving goed kent en daarna rijden we naar Toko Oen, een bekende plaats voor menig dorstig en hongerige Nederlander. Het gebouw is van buiten dringend
aan een opknapbeurt toe maar binnen ademt de toko een koloniale sfeer, een beetje meer aandacht voor onderhoud misstaat hier echter ook niet.
Vanuit Toko Oen naar het grote verkeersplein van Semarang waarbij het gebouw van de NSI (Ned. Spoorwegen) prominent afsteekt tegen de rest. In positieve maar van dichtbij ook in negatieve zin. Het gebouw is verwaarloosd en verdient absoluut een beter lot omdat het een markant en bijzonder mooi gebouw is waar Semarang trots op zou moeten zijn.
De Tijgerclub is volledig gerenoveerd en is een pronkstuk. Verhalen over deze club zijn er legio in pa’s herinneringen, het was een uitgaans club wel te verstaan.
Het huis waar pa en zijn maten lange tijd veel tijd hebben doorgebracht bij de familie Dingeman aan de Penaton weg is er nog steeds na 65 jaar. Zelfs het kapotte raam, dat tijdens het schilderen was gesneuveld is nog in dezelfde staat, kapot dus. De verf, groen (!) is erg vervaagd maar aanwezig. “Hoe is het mogelijk l”lachte pa, weer een fantastische herkenning rijker.
Na veel foto en videowerk gaan we moe maar voldaan terug omhoog naar Ungaran, lekker koel, maar zo’n 32 graden. Na een heerlijk diner is slapen niet moeilijk.
Voor pa dan. Ik heb een lichte voedselvergiftiging opgelopen en slijt de tegels tussen bed en toilet die nacht en ochtend. Volledig slap en nog steeds een wrak sleep ik me door onze 3e dag. Pa als verzorgende vader, met pillen tegen de schijterij etc. Gelukkig is het maar 1 dag. Salatiga was onze 3e stop. Helaas hen ik van die omgeving niet veel meegekregen.
Van Salatiga naar Solo (Surakarta). De drukte op de weg valt een beetje mee aangezien het zondag is, hoewel op de meeste plekken gewoon wordt gewerkt. Ook op de Koffie- en rubberplantage van Tlogo. We kregen hier een interessante rondleiding. Vanaf 4 uur in de morgen zijn er daar mensen, waarvan vele oudere vrouwen, bezig om de rubber (latex) met volle, loodzware kannen naar de productie te vervoeren. Vaak op blote voeten of aftandse slippertjes.
In Solo bezoeken we het paleis van de Sultan aldaar. Het is geen paleis zoals we dat in Westerse termen moeten indenken. Volgens mij zijn het omhooggevallen regioburgemeesters die voor de onafhankelijkheid nog politieke macht hadden. Nu vervalt hun “paleis” beetje bij beetje en moet toerisme nog wat opleveren; eerlijk gezegd viel het mij een beetje tegen maar is wel
Huis met defect
zoek het verschil een onderdeel van de Indonesische cultuur.
Our 2nd day takes us to Semarang. In this city pa had the most off his adventures and encounters. Some of them funny, hilarious even but also some terrible and traumatic. It shaped pa to the man and father he has always been for me and my brother Ronald. The road leading to Semarang already give a lot of stories and pa relives that time in a very good way.
First we stop at the Candi field of honor. My friend Berry Hanssen gave me a personal item to hang over the cross of his uncle who was killed in action. After finding the grave I proudly could honor his request. It is remarkable how many soldiers under the bright white crosses not even or hardly made it till their 20st birthday.
After visiting the Elizabeth hospital where pa has been nursed of injuries we drive to Toko Oen. A well known name for any thirsty and hungry Dutchie. Outside the Toko needs a tune up but inside the restaurant the atmosphere is pure colonial and nice. After a bite we go to the big traffic square in Semarang. The NSI (Dutch Railways)
building is the most distinct building in the square. The building is being neglected and that is a shame. Semarang should be proud of a beautiful building like that. The Tigerclub building however has been renovated and stories about that “nightclub” are even better (I guess). The house down Penaton road, where pa and his mates spent a lot of time is still there after 65 years. Even the broken window, 65 years ago broken while painting the front, is still there, broken. The paint is deadly pale but still green! “This is really amazing” pa said and another happy remembrance and recognition richer.
After this breathtaking experience we are glad to be back in Ungaran, the cooler up-mountain place. A good night sleep, for pa that is, because I became a victim of food poisoning. The 3rd day for me was pure stomach torture. Most of the drive to Salatiga my father nursed me and I got safely into the next day. Luckily it was only for 1 day.
From Salatiga to Solo. Sunday seems to be a less crowdie traffic day. But work, for many Indonesians, has no days off. At the Tlogo coffee and rubber plantation the,
most old women, carry heavy loads of rubber (latex) to the production area on their bare feet or worn down slippers.
In Solo we visited the Sultan Palace. It is not a palace as we would expect. The Sultan, as I think, has been more a regional mayor with some power before the Indonesian Independence. The palace is in urgent need of some paint and tender care. Tourism seems to be the only income! Not worth a second visit.
Advertisement
Tot: 0.062s; Tpl: 0.013s; cc: 10; qc: 24; dbt: 0.0398s; 1; m:domysql w:travelblog (10.17.0.13); sld: 2;
; mem: 1.1mb
Rob_n_Lorenza
Rob & Lorenza B
must be a great trip!