Advertisement
Published: January 9th 2012
Edit Blog Post
Na een paar dagen in Winnipeg om ons voor te bereiden op het afgelegen Churchill stonden we om 5 uur in de vroege ochtend slaperig te wachten op ons vliegtuig. Er zijn geen wegen tussen Winnipeg en Churchill. Het is een enorm veengebied bezaaid met meertjes. De enige manier om 'over land' naar Churchill te reizen is met de trein. De rails 'drijft' op het veen waardoor de trein zo langzaam moet rijden dat hij er 2 hele dagen over doet om in Churchill te komen. In de winter zou de trein wat stabieler zijn omdat de grond dan bevroren is. Ons werd dit bespaard omdat er nog plekken vrij waren in het vliegtuig en wij gratis mee mochten. Omdat het een charter vliegtuig was hoefden we door geen enkele controle. De meeste mensen die mee gingen waren rijke toeristen die een all-inclusive ijsberen tour hadden geboekt.
Het vliegtuig bracht ons in 2 uurtjes veilig in Churchill waar we werden opgehaald door onze 'bazin'. Het bleek een super aardige jonge vrouw. We reden met een omweg naar het dorp zodat we wat van de Hudson baai en de tundra konden zien en misschien zelfs een ijsbeer. We passeerden een neergestort
vliegtuig, de (in Churchill) alom bekende 'Miss Piggy'. Na een poging tot opstijgen bleek ze te zwaar beladen te zijn en onderging ze haar noodlot. Verder zagen we een gestrand schip 'Ithaca' waarvan gezegd werd dat het een van Mussolini's schepen geweest was. Na de tweede wereldoorlog werd het omgedoopt tot vrachtschip. Het was op weg naar Quebec om een lading nikkelerts af te leveren toen het werd verrast door een storm en op de rotsen werd geslagen.
Jammergenoeg kwamen we de hele weg geen ijsbeer tegen. Toen we in het dorp kwamen hoorden we dat er op de korte route wel een beer gespot was. Gelukkig hadden we nog een maand om ijsberen te vinden.
We sliepen in 'staff accomodation' en hadden allemaal horrorverhalen gehoord over deze slaapomstandigheden. Ons huis was echter een van de mooiste gebouwen in het dorp en we hadden een hele kamer voor ons 2en. Er sliepen nog 8 anderen in het huis, die we al snel ontmoetten toen we een tour door het hotel en restaurant kregen. We kregen ook ons rooster voor onze eerste week. We waren elke ochtend om 6u ingeroosterd in de keuken van het restaurant. Ons dag en
nacht ritme moest dus weer even omgezet worden. Gelukkig leken onze keuken-collega's erg aardig. We werkten deels in de keuken en deels in housekeeping. We hadden een paar dagen nodig om op snelheid te komen, maar toen hadden we het werk wel aardig in de vingers.
Omdat er overal rondom het dorpje ijsberengevaar was konden we zonder auto het dorpje niet uit. We hadden 2 favoriete plekken die we bezochten in onze vrije tijd, het strand bij de Hudson baai en de rivierbedding, beide aan het rand van het dorp dus nog relatief veilig (alhoewel er regelmatig toch ijsberen gespot werden). Als er ijsberen in het dorp gezien waren werden er helikopters ingezet om ze te vangen en naar een echte 'ijsberengevangenis' te brengen. Hier werden ze een tijd zonder licht en eten opgesloten. Even ter relativering: ook op vrije voeten zouden ze in deze periode vasten omdat de baai nog bevroren was en ze dus nog niet op jacht konden. Het was de bedoeling dat de gevangenis-ervaring zo saai was geweest dat ze niet meer naar het dorp zouden komen. Als ze hun tijd hadden uitgezeten bracht een helikopter ze een eind verderop in de migratieroute in de
hoop dat ze niet terug zouden komen. Wij zijn bij onze strand en rivierbezoeken nooit een ijsbeer tegengekomen.
Aan het eind van onze tweede werkweek mochten we mee met een ijsberentour! We keken er al de hele week naar uit. Een dag voor onze grote tour kregen we onverwachts de mogelijkheid om met Dave en Elaine, onze Ierse collega's, met het busje van onze bazin op pad te gaan. Zij wisten een plek waar bijna altijd ijsberen te vinden waren. Er was namelijk een man, Brian die op zijn land typisch Canadese huskies fokte, om dit ras in stand te houden. Op zich een nobel doel. Er is zelfs een hele documentaire over hem gemaakt (Last dogs of Winter). Hij had een stuk of 50 huskies verspreid over zijn land die hij elke dag vlees kwam brengen. Hier kwamen natuurlijk ijsberen op af die hier een graantje van mee probeerden te pikken. We gingen een kijkje nemen in dit berenparadijs. Na wat onderhandelingen met Brian mochten we zijn terrein op tegen een gereduceerde vergoeding. Hij leek goed te verdienen aan zijn husky-conservation praktijken want er kwamen elke dag mensen langs die een grote som geld neerlegden om z'n terrein
op te mogen. Er was ook wat controverse over of hij de gemeenschap zo niet in gevaar bracht en het natuurlijk ecosysteem verstoorde. Wij kregen zo wel de kans om ijsberen te zien en van zo dichtbij dat we ze hadden kunnen aanraken als we dat gewild hadden.. Dit was erg aanlokkelijk want ze zagen er superschattig uit, net knuffelberen, maar dan in het groot. Ze leken zich wel op hun gemak te voelen op zijn terrein. De meesten lagen lekker languit naast of zelfs op de weg. Eentje vond ons wel interessant en kwam een kijkje nemen. Toen hij tegen het busje aan wilde komen staan zijn we toch maar weggereden. Op de terugweg kwamen we onze eerste Silver Fox tegen en hebben we nog even een kijkje in de buik van 'Miss Piggy' genomen. Deze was inmiddels leeg. We konden zelfs de cockpit in, waarschijnlijk als een van de laatsten want op de plekken waar er nog vloer over was, stond het ook op instorten. Wij zijn er weer levend en al uitgekomen. 😉
De volgende ochtend was weer vol opwinding, we gingen de tundra op! We moesten eerst een heel eind rijden om bij de plek
te komen waar onze 'tundra buggies' op ons stonden te wachten. Met een normale auto of bus kom je namelijk de 'echte' tundra niet op, te veel hobbels kuilen en plassen water. De tundrabuggy had banden ongeveer net zo hoog als Judith lang is. Zelfs met deze enorme banden moesten we heel voorzichtig en langzaam rijden. We hadden zo alle tijd om uit het raam te kijken en onze chauffeur had heel wat te vertellen, z'n enthousiasme was aanstekelijk. We zagen al vrij snel in de verte een beer over het ijs schuivelen. Het ijs was nog heel dun maar ijsberen hebben een speciale manier van lopen ontwikkeld waarbij ze hun gewicht nauwkeurig over drie poten verdelen. Hoe dunner het ijs, hoe verder hun poten uit elkaar staan. In het uiterste geval gaan ze op hun buik liggen en schuiven ze zichzelf voor of achteruit, net zeeleeuwen. 😉 Vlakbij de zee waren een stel beren aan het wachten tot de baai zou bevriezen. Hiervan slim gebruik makend was hier een stationair buggykamp opgezet. Voor een fortuin of wat kon je hier verblijven, de hele dag beren zien en 's nachts als het helder was het noorderlicht. Wij kwamen hier ook
een tijdje staan genietend van de spelende en luierende ijsberen, nog geen 10 meter van ons vandaan. Net grote, logge honden significant vertraagd door hun lichaamsgewicht. Af en toe werden we benaderd door een beer die net zo nieuwschierig was naar ons, als wij naar hem.
Omdat Churchill één van de weinige ontwikkelde plekken is om zo dicht bij wilde ijsberen te komen, komen er veel film crews op af. In de tijd dat wij er waren waren er door de website explore.org live webcams opgezet nabij het buggykamp, zodat de hele wereld de beren kon zien. Ook was er een IMAX film crew bezig met opnames voor een nieuwe film.
Op de terugweg kwamen we langs een, in de sneeuw bijna onzichtbare, groep Ptarmigans, witte vogels die veel weg hadden van duiven met bevederde kippenpoten. Onze chauffeur was lyrisch over onze volgende gespotte vogel, een white faced gyr falcon. Deze zat een paar meter voor ons op de weg waarna hij met een boogje om ons heen vloog. Hij had deze vogel zelden gezien en nog nooit van zo dichtbij. Wij waren blij met deze prachtige afsluiting van onze tour.
Advertisement
Tot: 0.068s; Tpl: 0.013s; cc: 11; qc: 28; dbt: 0.0373s; 1; m:domysql w:travelblog (10.17.0.13); sld: 1;
; mem: 1.1mb