Linzi - Praktische informatie


Advertisement
China's flag
Asia » China » Shandong
April 30th 2007
Published: April 30th 2007
Edit Blog Post

We maakten een daguitstap vanuit Qingzhou naar Linzi, om daar een aantal overblijfselen van het Qi koninkrijk te zien. Als hoofdstad van Qi en voor 600 jaar de residentie van hun heersers, had Linzi het één en ander te bieden. Op de autostrade tussen Ji'nan en Qingdao staat ter hoogte van Linzi op reuzengrote panelen aangekondigd wat er te zien is: historisch Museum, Paarden begraafplaats, Karrenmuseum, Stone sculpture Art Gallery, Memorial Temple for Jian Tai Gong, Guanzhong Memorial Museum, Football Museum en China Prime Ministers Museum. Verder was er echter bijna geen informatie te vinden over de precieze plaats en aard van deze bezienswaardigheden.

Vervoer:
We namen in het nieuwe busstation van Qingzhou de bus naar Linzi, die vertrekt om de 15min en kost 7Y. Onderweg konden we van op enige afstand een aantal begraafplaatsen zien. Deze zijn te herkennen aan hun piramideachtige vormen, 2 Qi koningen (staat bekend als Er wang jia) naast mekaar aan de ene kant van de weg, 4 Qi edelen (Si wang jia) naast mekaar aan de andere kant van de weg.
We stapten nog voor het busstation van Linzi af, bij de weg die leidt naar Linzi Gucheng (de Oude stad). Daar kan je op bus No26 stappen tot aan het historisch museum, maar wij namen een taxi (7Y). Ook op het busstation kan je op bus No26 stappen.

Het Historisch Museum van de Qi staat (Qi guo lishi Bowuguan) ligt in de Oude Stad. Het is vrij groot en behandelt de geschiedenis van de streek beginnend vanaf de prehistorie, maar gaat in detail over de periodes waarin het Qi koninkrijk bestond. Zo kan je er bvb ook zien dat hier één van de eerste vormen van voetbal intensief werd beoefend, dit feit werd zelfs bevestigd door de FIFA! De introductie panelen en naamplaatjes bij de tentoongestelde stukken worden in het Engels vertaald, maar op de bovenverdieping worden die vertalingen schaars.
Voor de geschiedenisfanaten: Ongeveer 1050 voor Chr. ontstond in Shandong de Zhou-dynastie. Wu, de eerste keizer van deze dynastie, gaf het gebied rond Qingzhou als leengebied aan Jiang Taigong die er de staat Qi stichtte met Yingqiu als hoofdstad. Taigong stelde aan het hoofd van zijn rijk mensen aan op basis van hun verdiensten en niet omwille van hun afkomst. Zijn motto was zeer eenvoudig: “laat de mensen rijk en de staat machtig worden”. Zijn manier van werken had succes en het koninkrijk Qi werd steeds machtiger. Ook zijn opvolgers bleven de principes van Taigong volgen zodat Qi een invloedrijke staat bleef ook toen de Zhou-dynastie ten onder ging. Pas in 221 voor Chr. , na 800 jaar van bestaan, werd het koninkrijk van Qi door de vorst van Qin aangehecht tijdens de vereniging van China. Ook nadien bleef Qi echter nog een zekere autonomie behouden. Qin keizer Shi huangdi bouwde zijn rijk uit tot een multinationale, feodale staat. Hij verdeelde het land in districten waarvan de heersers aan de keizer rapporteerden. De Qi staat werd omgevormd tot een dergelijk district. In 201 voor Chr. gaf de eerste keizer van de Han dynastie deze Qi-staat nog meer autonomie. Tot het einde van de Han-dynastie in 206 na Chr., bleven verschillende prinsen vanuit Linzi regeren over Qi.

We konden in het museum ook een goede foto zien van de Qi muur die werd opgetrokken om de grenzen van Qi te beschermen. Dit zou het oudste stuk verdedigingsmuur van China zijn(voorloper van de Grote Muur), jammer genoeg lag het dichtstbijzijnde stuk van deze muur dat toegankelijk was, op meer dan 50 km van Linzi zodat we het uiteindelijk niet zagen.

De andere musea van Linzi liggen verspreid over vooral de Oude Stad. Er werd in het historisch museum geen melding gemaakt van de andere musea, maar de stadskaart van Linzi, en een folder te koop in de museumwinkel, geven wel een idee van wat er te zien is.

We namen vlakbij de uitgang van het museum bus No5 die zijn terminus heeft bij het Paardengraf, dat enkele kilometers ten Noordoosten van het historisch museum ligt, midden in de velden. (Paardenmuseum = Dong Zhou xun ma keng). Bus 2Y, inkom Museum 15Y). Hier is alleen 1 vindput te zien, waar een 600tal paardenskeletten mooi op 2 rijen liggen, ceremonieel begraven bij de 7de vorst van Qi. Deze regeerde rond 500 voor Chr. gedurende bijna 60 jaar over Qi, hij was gek op het bouwen van paleizen, verzamelde honden en paarden en leefde in grote weelde. Hij liet in totaal 600 paarden met zich mee begraven. Dit paardengraf is 5 m breed en heeft een totale lengte 215 m. In 1964 werd hier 54 m van opgegraven en is nu op zijn oorspronkelijke vindplaats te zien, in een museum dat eroverheen gebouwd werd.

Daarna gingen we naar het Karren museum (Gu che Bowuguan) dat ten zuidoosten buiten de Oude Stad, in Houli ligt. Aangezien er midden in de velden geen taxi beschikbaar was namen we bij het Paardengraf bus No5 (3.5Y) terug en bleven zitten tot bij de terminus, daar konden we bus No73 (3Y) nemen en nog een stukje te voet wandelen. Dit museum werd opgericht naar aanleiding van 2 vindputten met paardenkarren en hun bijbehorende paarden uit de Lente-Herfst periode, ongeveer 600 jaar voor Christus. De vindputten liggen onder de autosnelweg, dus waarschijnlijk teruggevonden bij de aanleg ervan. Ze werden opgegraven in mei 1990. In een eerste put vond men 10 karren en 32 paarden. De tweede put was kleiner en bevatte 3 karren en 6 paarden waarbij de karren in een laag onder de paarden waren begraven.
Het museum, dat op een groot benzinestation lijkt met de vorm van een piramide, heeft een grote verzameling onderdelen en reconstructies van allerhande vervoersmiddelen vanaf de eerste kruiwagens tot aan de komst van de auto. Zowel rijtuigen voor transport van mensen en goederen als rijtuigen met betrekking tot het oorlogvoeren komen er aan bod. Er wordt, ook in het Engels, uitgelegd hoe de functie van de paardenkar eerst erg belangrijk was voor de oorlogsvoering maar hoe deze oorlogen geleidelijk aan zonder karren, maar door infanteristen te paard werd gevoerd. Paardenkarren werden dan belangrijker voor vervoer van personen en goederen. Er stonden ook voorbeelden van de eerste geschutsbatterijen: hiermee werden enorme vuurpijlen naar de vijand afgeschoten. Er waren ook rijtuigen bedoeld om poorten van vijandelijke burchten te verpulveren en om de vijand met van alles te bestoken. In het rijtje legervoertuigen sprong een mobiele uitkijkpost het meest in het oog. Men kon er een wacht in een wachthokje een tiental meter langs een mast omhoog hijsen zodat hij ’s nachts de omgeving van de kampplaats goed in het oog kon houden. Ook luxe rijtuigen van de keizers stonden er nagebouwd: een rijtuig dat getrokken moest worden door kamelen en een ander bedoeld om voortgetrokken te worden door een olifant, vielen hier het meeste op.
Het domein heeft verder nog een mooie tuin, een klein parcours waar men aan karting kan doen. Ondanks deze inspanningen trekt het museum niet de aantallen bezoekers waar men op hoopte: de grote parking lag er leeg bij.
Wij vonden het erg interessant: dit was een aspect waarover we nog nooit zo’n volledige uitleg hadden gezien.


Advertisement



Tot: 0.111s; Tpl: 0.011s; cc: 12; qc: 28; dbt: 0.0636s; 1; m:domysql w:travelblog (10.17.0.13); sld: 1; ; mem: 1.1mb