Yangshuo

---

Uit nostalgische overwegingen (Lucas is er in '94 en '96 geweest) en omdat het een prachtige omgeving is zijn we vanuit Kanton eerst afgereisd naar Yangshuo, een klein plaatsje aan een rivier tussen steile pieken. Dit plaatsje groeide vanaf de jaren '80 (toen China voor het eerst voor toeristen werd opengesteld) langzaam uit tot een soort backpackers-stadje, een rustige plek waar rugzaktoeristen konden bijkomen van de avonturen in de rest van China. In de jaren '90 - toen er nog maar weinig toeristen naar China gingen - was het plaatsje uitgegroeid tot een bescheiden toeristenoord. Er waren ca. 10 hotelletjes (de meeste heel eenvoudig) en evenveel restaurantjes. Ook waren er een paar souvenirshops, drie verkopers van ansichtkaarten etc. en een paar kraampjes bij de rivier. De rust werd s-middags voor 2 uur verstoord door Westerse tourgroepen die met de boot uit Guilin kwamen (een van de belangrijkste toeristische plaatsen in China) en via de souvenirshops en een restaurantje naar bussen liepen, waar ze weer werden afgevoerd naar Guilin. Gedurende die twee uur moest je niets kopen, want de prijzen waren opeens met 200% gestegen. Na een paar dagen kende je de verkopers en de helft van de toeristen (dit waren er misschien 30-40 in totaal).
We waren al gewaarschuwd dat het plaatsje behoorlijk was veranderd, maar toch hadden we het niet zo extreem verwacht. Er zijn nu zeker 100 hotels, waaronder een paar hele grote, nog meer restaurants en het centrum bestaat uitsluitend uit souvenirwinkeltjes en kraampjes die allemaal hetzelfde verkopen. Er zijn nog steeds niet zo heel veel Westerlingen (die gaan meer naar Thailand etc.), maar iedere dag vindt er een ware invasie van Chinezen plaats. Naast de Chinezen die hier in hotels zitten komen er elke dag duizenden met de boot aan. Vanaf de kade moeten die eerst een halve kilometer langs allemaal dezelfde souvenirkraampjes lopen, waarna ze in een soort golfkarretjes worden gestopt (Chinese toeristen zijn naar verhouding rijk en gaan natuurlijk niet lopen als er karretjes zijn, dat is beneden hun status). Met de karretjes worden ze naar de 'tourist sites' gebracht die de laatste 10 jaar zijn bedacht. Zo is er bijvoorbeeld een 'vissersdorp', waar weliswaar nog nooit vissers hebben gewoond (het dorp is nieuw), maar waar de Chinezen het authentieke platteland kunnen bewonderen. Er zijn nog wel vissers, maar die vissen naar het geld van de toeristen door op de foto te gaan met hun aasgieren (waarmee ze vroeger visten).
Verder is het weer hier omgeslagen naar het Hollandse type; sinds we zijn gearriveerd is het 2 dagen droog geweest en dat terwijl het hotel 29 graden en zon beloofde (maar dat bleek helaas het weerbericht van 2 dagen ervoor te zijn). Vanwege deze verslechterde omstandigheden zien we ons genoodzaakt af te reizen naar zonniger oorden (Thailand, Laos), maar eerst nog naar de leukste stad van China, Shanghai.

---