Advertisement
Published: October 9th 2006
Edit Blog Post
Het werd tijd om weer wat te bezoeken. We gingen eerst een kijkje nemen bij de
Katholieke kerk die we een paar dagen geleden op onze regeltochten waren voorbijgelopen. Ludo kende deze kerk ook: hij was er 8 jaar geleden al op bezoek geweest bij de bisschop. Hij maakte toen een tocht langs verschillende parochies waar zijn dorpsgenoot, pater Peeters, vroeger gewerkt had of goede bekenden had. De bisschop hebben we niet meer gezien, maar we werden wel zeer vriendelijk te woord gestaan door de secretaris van de kerkgemeenschap. Hij liet ons de mooie, grote kerk zien en vertelde hoe die tot stand was gekomen. Belgische missionarissen hadden daar een grote rol in gespeeld, en de Verbieststichting werkt nog steeds met hen samen, dit verklaart ook het hartelijke onthaal. ’s Zondags om 8h30 wordt er de eucharistie opgedragen, dat knoopten we goed in onze oren.
We vervolgden dan onze weg naar het
Provinciaal Museum. Bij de eerste aanblik zag er dit weinig Museumachtig uit: het is gevestigd op het domein van de vroegere Chengtian tempel, waar de
Chengtian Pagode nog een centrale plaats inneemt. Deze pagode werd gebouwd door de weduwe van Li Yuanhao, na de dood van haar man,
in de hoop dat dit een lang leven zou opleveren voor haar éénjarig zoontje. Ze is achthoekig, 64.5m hoog en gebouwd in 1050. Het is samen met de Koninklijke graven, het enige complex dat overblijft uit de eens zo rijke Xi Xia cultuur. Van boven op de pagode heb je een goed zicht over Yinchuan. Het tempelcomplex had oorspronkelijk 2 binnenplaatsen, nu is één ervan ingenomen door het Museum, met zijn 4 tentoonstellingszalen die uitleg geven over de Xi Xia, de Huicultuur, de geschiedenis van Ningxia en de prehistorische schilderingen in het Helanshan gebergte. De gebouwen zien er stoffig uit, de verf verbleekt. Er is een rustig binnenplein met paviljoentjes en zitbanken. Tussen al deze nostalgie stond een modern buitenbeentje: een nieuw toiletgebouw, waar binnenin alles helderwit betegeld was, en er individuele toilethokjes met hoge muur en afsluitbare deur waren!
De
zaal over de Xi Xia cultuur is de meest recente, en beste voorstelling, echt de moeite waard. We leerden er hoe rijk deze onbekende cultuur wel niet was, en zagen voorbeelden van het eigen geschrift dat ze ontwikkeld hadden: een mengeling van Chinees, Tibetaanse en Mongools. Ook de
zaal over de rotstekeningen, die overal in de Helan bergen werden
teruggevonden, is de moeite waard. Ze helpt je de beelden te interpreteren en geeft ook aan dat deze tekeningen over de ganse Helan bergen en omgeving verspreid teruggevonden worden. De
zaal over de geschiedenis van de provincie Ningxia, laat vooral historische vondsten zien die in de provincie opgegraven zijn, velen daarvan kwamen uit graven uit Guyuan. De
voorstelling van de Huicultuur vonden we maar povertjes.
Ik had nog voldoende energie over om de 64m hoge pagode te beklimmen. Er zijn aan de binnenkant stevige, maar steile trapladders in aangebracht. Ik vond het helemaal niet erg dat er halverwege mijn klim een groep naar beneden kwam en heb ze beleefd voorgelaten. Op ieder van de 11 verdiepingen zijn er kleine raampjes langswaar je de omgeving kan bekijken. De stad is echter zo groot, en het weer zo mistig, dat je niet ver en zeker niet buiten de stad kon kijken. Het is wel opvallend om te zien hoe symmetrisch een dergelijke stad opgebouwd is: alle rechthoekige blokkendozen staan in dezelfde richting georiënteerd.
Bij het buitenlopen van het Museum viel ons op dat er
markt werd gehouden, maar wel
van erg ongewone koopwaar: verschillende vrachtwagens stonden naast elkaar geparkeerd, en allen
droegen ze 1 reuzegrote steenrots. Deze steenrotsen waren allemaal erg speciaal van vorm, en waren uit gevarieerde steensoorten en dus kleuren samengesteld. Dit is een geliefd siervoorwerp in tuinen en parken, maar weinig bruikbaar voor de stads-chinees die op een klein appartementje woont. Een chinees in kostuum, zat bovenop een van de stenen en onderhandelde.
In de namiddag moesten nog een paar
praktische zaken afgehandeld worden: o.a. treintiketten kopen om maandag naar Baotou te vertrekken. De grootste uitdaging was echter om bijkomend krediet te zetten op de Chinese Simkaart van Ludo. We kenden het systeem niet en werden steeds weer doorverwezen naar andere mensen of een ander loket. Uiteindelijk heeft een norse juffrouw van een dergelijk loket het dan zelf voor ons uitgevoerd: voor het type Simkaart dat Ludo heeft, moet je een specifiek soort telefoonkaart kopen (hier was dat aan een automaat) en het telefoonnummer bellen dat op de kaart staat. De stem aan de andere kant van de lijn loodst je dan door het oplaadproces, en gelukkig kent de stem aan de andere kant van de lijn ook Engels.
Advertisement
Tot: 0.068s; Tpl: 0.009s; cc: 11; qc: 27; dbt: 0.0226s; 1; m:domysql w:travelblog (10.17.0.13); sld: 1;
; mem: 1.1mb
Hilde De Block
non-member comment
Rotstekeningen
Verassende gelijkenis met de rotstekeningen die wij helemaal in het noorden van Noorwegen zagen op grote door het zeewater gladgeschuurde rotspartijen nabij de kust. Nog veel fijne dagen