Advertisement
Published: August 30th 2010
Edit Blog Post
Niet veel meer dan een uur na terugkomst van de Galapagos waren we al weer onderweg. Aangezien de gehele weg van Guayaquil naar Montanita langs de kust loopt en dus vlak is, leek het ons geen probleem om weer een normale bus te nemen. Onder de voorwaarde dat er niet al te dwaas wordt gereden, bevalt het reizen per bus over het algemeen prima. Op die manier kun je immers lekker van het landschap genieten en maak je regelmatig aparte dingen mee. Zo ook ditmaal.
Op ons verzoek hadden we twee zitplaatsen helemaal achterin de bus gekregen. Direct nadat we onze stoelen hadden gevonden en op het punt stonden om onszelf te installeren, werden we aangesproken door een jongen van een jaar of twintig. Deze jongen zat schuin voor ons en bood ons aan om op zijn rij plaats te nemen. Dan zouden we de film straks beter kunnen zien. Niet gewend aan deze enigszins merkwaardige vorm van liefdadigheid wuifden we met lichte irritatie zijn aanbod weg.
Een half uur voordat we in Montanita arriveerden, ontstond er pal voor ons plotseling ruzie. De enige andere toerist in de bus, een Argentijnse jongen twee rijen voor ons, had net zijn tas
uit het bagagevak boven hem gepakt. Hij bleek van alles te missen. Het was dezelfde tas die de filantroop van de rij voor ons halverwege de reis ook had gepakt. Dat hadden we toen wel gezien, maar we hadden er verder geen aandacht aan besteed. Nog voordat we uberhaupt hadden bevestigd dat we getuige waren geweest van de diefstal, had de Argentijn de filantroop al tot dader benoemd. Binnen 'no time' kwamen ook andere mensen in de bus zich er mee bemoeien. Mensen die er eigenlijk niets mee te maken hadden. En terwijl de busconducteur de politie belde, werd de jongen door deze mensen duideljik gemaakt dat hij heel snel alles moest teruggeven. Kort daarop kwamen de eerste gestolen spullen uit zijn zakken tevoorschijn. Dit bleek voldoende legitimatie om de jongen nog even snel een lesje te leren voordat de politie arriveerde. De les bestond uit een collectief pak slaag. Want noch de Argentijn, noch de mensen die zich er mee bemoeiden, bleek te beroerd om persoonlijk een paar klappen of zelfs een paar schoppen uit te delen. Van de Argentijn konden we het nog wel bevatten, maar van de overige mensen konden we het toch minder goed begrijpen. Of
dit nu was omdat deze mensen 'ons toeristen' soort van in bescherming wilde nemen óf dat het gewoon een mooi excuus was om op de vrijdagavond nog even iemand een beuk te kunnen geven, werd ons niet duidelijk. Hoe dan ook het was een enigszins merkwaardig tafereel.
Uiteindelijk zijn we maar anderhalve dag in het kustplaatsje Montanita gebleven. Dit omdat het vrijwel onophoudelijk regende en het er ondanks de regen veel te toeristisch bleek. Bovendien was de voornaamste reden van onze komst het willen zien van walvissen in het nabijgelegen vissersplaatsje Puerto Lopez. Op hun tocht naar warmer water komen bultruggen daar elk jaar van juni tot september naartoe om te paren. In Puerto Lopez zijn we dan ook de zee opgegaan op zoek naar deze zoogdieren die wel 15 meter kunnen worden. Terwijl de helft van de mensen op de boot weinig anders deed dan drie uur lang kotsend over de rand van de boot hangen, hebben we in totaal vijf walvissen gezien. Helaas hebben we ze alleen geen mooie sprongen zien maken zoals op de reclamefolders die we hadden gekregen. Ook is het door de ruige zee niet gelukt om goede foto´s te maken.
Onze volgende
bestemming was de ruim 2800 meter hoger gelegen hoofdstad van Ecuador. Aangezien deze tocht weer voor veruit het grootste gedeelte door de bergen zou voeren, gingen we op zoek naar een goede bus met gordels voor de daaropvolgende ochtend. Helaas bleek deze combinatie niet mogelijk. Zo kregen we de keuze uit óf nog diezelfde nachts met een relatief nieuwe bus met gordels, óf de volgende morgen met oude bus zonder gordels. Uiteindelijk zijn we maar voor de nachtbus gegaan. In verband met recente roofovervallen vertrok deze vanaf het politiebureau. Daar werden alle pagagiers en bagage alvorens de bus in te mogen gefouilleerd en gecontroleerd. Gezellig allemaal. Eenmaal onderweg was ook deze rit weer een constante interne strijd over de vraag of we nu wel of niet moesten uitstappen. Weliswaar gestresst maar verder in goede gezondheid kwamen we die nacht rond een uur of vier, ruim een uur eerder dan gepland, aan in Quito.
Daar zijn we vier dagen gebleven. Dagen waarin we vooral weer veel hebben gelopen. Zo hebben we twee dagen te voet de stad verkend; zoals de meeste steden die we tot nu toe in Zuid-Amerika hebben gezien helaas wederom niet erg bijzonder. Dit ondanks het feit
dat Quito na Havana het grootste historische centrum van Latijns-Amerika heeft. Ook hebben we nog een bezoek gebracht aan het museum over de in 1999 overleden Ecuadoriaanse kunstenaar Guayasamin. Deze wordt beschouwd als de belangrijkste kunstenaar van Ecuador en staat bekend om zijn sociaalkritische schilderkunst waarin hij de pijn en ellende weerspiegelt van de mensheid in het algemeen en meer specifiek van het Latijns-Amerikaanse volk.
Aangezien Quito min of meer wordt omringd door vulkanen, zijn we de andere twee dagen dan ook naar twee verschillende vulkanen geweest. De ene dag naar de direct aan de westkant van Quito gelegen 4800 meter hoge Pichincha vulkaan. De andere dag naar de vrijwel symmetrisch gevormde en 5900 meter hoge Cotopaxi vulkaan op anderhalf uur rijden van Quito. Beide zijn nog steeds actief.
De dag daarna zijn we vertrokken naar Colombia.
Advertisement
Tot: 0.1s; Tpl: 0.015s; cc: 10; qc: 52; dbt: 0.0522s; 1; m:domysql w:travelblog (10.17.0.13); sld: 1;
; mem: 1.1mb