Kilimanjaro beklimmen


Advertisement
Tanzania's flag
Africa » Tanzania » North » Mount Kilimanjaro
December 31st 2013
Published: December 31st 2013
Edit Blog Post

Kilimanjaro beklimmen:



Stap voor stap, meter voor meter, pole pole



Dag 1

Ergens ben ik wel zenuwachtig: wat als ik niet tegen de hoogte kan, is mijn rugzak wel goed afgesteld, ben ik wel fit genoeg. 5.895 meter is enorm hoog, dit is een serieuze klim. Dan denk ik aan het goede advies van moeder en Pie: geniet gewoon van elke meter die je klimt. En ik besluit dat ik gewoon ga lopen, stap voor stap, meter voor meter, pole pole (langzaam, langzaam). Ik zie wel waar dit eindigt. Het brengt me de 1e dag door het regenwoud, waar we overigens onder een flink aantal bomen een heerlijke lunch gebruiken. Het brengt mij van 1.800 meter naar 3000 meter. Het brengt me naar het 1e kamp.



De omgeving van het kamp is prachtig. We lopen wat rond en zien prachtige, door struiken overhangen rotsblokken die in de nevel hangen. Een prachtig gezicht. Het kamp zelf is een stuk minder. De safari Camps waren een 5 sterrenhotel vergeleken met dit kamp. We hebben 2 piepkleine tentjes waar we net inpassen, een wat ruimere tent voor het avondeten en een waanzinnig gore wc (lees: gat in de grond). Het is koud, mistig, klam en primitief. Douchen zullen we de komende 7 dagen niet doen. Ik heb een lichte hoofdpijn van de hoogte en geen idee wat deze berg ons de komende dagen zal brengen. We gaan het wel merken, ik ben benieuwd!



Dag 2

Jezus, wat zijn de nachten hier verschrikkelijk. Ons tentje is net groot genoeg voor twee man. We slapen op een matje dat zo dun is dat je de grond eronder in je rug voelt porren. S'nachts moet je om het uur draaien omdat je botten gewoon pijn doen. En het is koud, ijs- en ijskoud. Na een redelijk slapeloze nacht word ik verstijfd wakker. Voor ons staat een teiltje warm water om je mee op te frissen. De zon komt langzaam op en verwarmt ons weer. We kunnen buiten ontbijten en krijgen een stevig ontbijt: havermout, omelet, brood, schalen met fruit. We zullen de energie nodig hebben... Niet veel later zetten we onze tocht voort.



We laten het regenwoud achter ons en lopen door het Mooreland. Het pad gaat redelijk stijl omhoog en wordt steeds minder pad. We klauteren langs stenen. De bomen worden vervangen door struiken. Af en toe gunt de berg ons prachtige uitzichten en we kijken neer op de plekken die we al achter ons gelaten hebben. Tot we de wolken inlopen. Hier worden de struiken kleiner. We klauteren langs een smal pad, dat overigens ook steeds smaller lijkt te worden, langs de rand van de berg. Aan de linkerkant lopen rotsen naar beneden, aan de rechterkant omhoog. Zo ver dit te zien is dan aangezien de wolken ons zicht tot slechts enkele meters beperken. Het is vochtig we moeten onze regenkleding aan doen. Onze rugzakken stoppen we in beschermhoezen en we lopen verder.



We komen tot het hoogste punt van de dag 3.900 meter. Ik bedenk mij dat dit ongeveer even hoog is als Mont Blanc: het hoogste punt van Europa. Kort erna komen we aan in ons kamp voor nacht twee. Ik voel me beroerd. Ik ben misselijk, duizelig, heb blauwe lippen en mijn voeten tintelen. De hoogte heeft me te pakken. Na een lunch en een middagdutje voel ik me alleen nog maar alsof ik een enorme kater heb. Een flink aantal glazen thee later maakt dit plaats voor een lichte hoofdpijn.
IMG_9220IMG_9220IMG_9220

Mt Meru



We schrijven ons in bij het kamp en onze gids, Douglas, neemt ons mee naar een grot. Douglas is vroeger porter geweest. Ik heb bijzonder veel respect voor de porters. Ze lopen met dikwijls slechts een paar vladden om het lijf de berg op in een tempo waar je u tegen zegt. Op hun rug (of hoofd) dragen ze 20 kilo aan bagage (waar wij al moeite hebben met onze dagrugzak van 5-8 kilo). Douglas vertelt ons dat er strikt op gelet wordt dat de porters niet meer dragen dan 20 kilo aangezien het is voorgekomen dat porters zijn overleden op de berg. In zijn tijd golden deze regels niet en droegen porters gemiddeld 40 (!) kilo naar boven. Ze sliepen toen ook niet in tenten maar in grotten. Precies de grot waar Douglas ons mee naar toe nam.



Het is nevelig rond het kamp. Als de lucht opklaart zien we een prachtig uitzicht op Mt. Meru (de op 1 na hoogste berg van Tanzania) en zijn we getuige van een mooie zonsondergang. De contouren van andere bergen, de silhouet van Mt. Meru en de langzaam ondergaande zon; het is een prachtig gezicht. Na een stevige avondmaaltijd, de nodige moppen en het rituele stermoment gaan we naar bed. Het is inmiddels -2 graden. Vlak voor we in slaap vallen komen Georg en ik erachter dat we eigenlijk nog moeten pissen als beren. In ons thermisch ondergoed, regenjas, bergschoenen en met een koplamp op, rennen we naar de dichtstbijzijnde boom. Het is zo'n achterlijk gezicht dat ik er enorm de slappe lach van krijg.



Dag 3

Na een wederom koude en slapeloze nacht zitten we aan het ontbijt. Ik ben er melig van geworden en begin op de toon van In the jungle te zingen: 'On the mountain the mighty mountain, no one slept last night'. Julia vult aan met: 'On the mountain the cold mountain, everyone freezes tonight' en er volgt een gezamenlijke 'BRRRRRRRRRRRReehomwambawe'.



We zetten onze wandeling voort. Ergens in de verte, tussen de wolken door laat Kilimanjaro haar piek zien. Je kan het net zien, alsof ze knipogend wil zeggen 'je bent in de buurt, maar je hebt me nog lang niet'. We laten het Mooreland achter ons en de struiken worden kleiner en kleiner. We lopen in een semidessert landschap. Ik voel me goed en loop lekker door: stap voor stap, meter voor meter, pole pole. Voor het eerst durf ik het hardop te denken: dit gaat me gewoon lukken.



We klimmen door naar Lava tower: 4.600 meter. Dit is het hoogste wat ik ooit geklommen heb. Eigenlijk heb ik maar 1 berg echt beklommen: de Ben Nevis in Schotland die welgeteld 1.300 meter hoog is. Ongeveer het verschil tussen het punt waar ik nu sta en de piek van de Kilimanjaro, bedenk ik me. Het is duidelijk merkbaar dat de lucht hier al een stuk ijler is. Als ik naar een wc ren omdat ik erg nodig moet plassen ben ik direct buiten adem en krijg ik stekende hoofdpijn.



We kijken uit op een stijl omhoog lopend en met sneeuw bedekt rotsblok. Eén van de 7 routes naar de top loopt direct vanaf dit rotsblok naar boven. Maar dit is niet onze route. Van Lava tower dalen we naar 3.900 meter waar ons kamp zich bevindt. De afdaling is saai en het regent non-stop. Ik zit er doorheen en raak zowel de wandeling als de regen spuugzat. De wandeling lijkt zich eeuwig voort te zetten en het kamp komt maar niet in zicht. Vlak voor we uiteindelijk in het kamp aankomen zie ik nog net dat dit kamp zich op een prachtige vlakte bevindt omringd door machtige muren van steen.



Iedereen voelt zich beroerd en zit stilletjes voor zich uit te staren. Georg breekt deze dode stemming door heel serieus te vragen: Guys, why the hell are we doing this again? Iedereen schiet in de lach. En we vullen aan met 'Climb Kilimanjaro they said, it will be fun they said...' Nadat we zijn bijgekomen volgt een serieuze discussie met de redenen waarom we Kilimanjaro beklimmen. We komen uit op een ultieme persoonlijke uitdaging, een once-in-a-lifetime ervaring, een bucket list item, een ego-dingetje... Niet veel later brengt ons porter/ober/deeltijd-kok/held Simom ons een bord soep. Het eten op de Kilimanjaro is, met 3 driegangen menu's per dag, tot nu toe geweldig geweest. Dit is ook broodnodig en Douglas blijft er maar op hameren dat we, ook als we kotsmisselijk zijn, genoeg eten en drinken. We duiken vroeg ons bed in.



Dag 4

Onze gids Douglas heeft ons gisteravond verteld dat we vandaag Barranco Wall beklimmen. Net ‘fris’ wakker en nog enigszins versuft sta ik voor mij uit te kijken. Ook in de ochtend zien de machtige rotsblokken, die de vlakte rondom het kamp als muren lijken te omsingelen, er geweldig uit. Ineens komt Douglas naar me toe en wijst naar de machtigste muur van steen en zegt: 'that’s Barranco Wall'. Ik zie een stoet mensen dit immense en steile blok steen al beklimmen en denk maar één ding: oh fuck! Barranco Wall is 300 meter hoog en de klim gaat recht omhoog. Niks 'pole pole' maar gewoon die hard klauteren. Na een intense maar heerlijke krachtsinspanning staan we er bovenop. Het uitzicht zal ongetwijfeld geweldig zijn maar aangezien we ons in de wolken bevinden zien we niks meer dan witte nevel.



Niet veel later komen we aan in het volgende kamp. We hebben een stevige lunch en besluiten door te lopen naar Base Camp. Eigenlijk staat dit pas dag 5 op de planning en zouden we vandaag in het kamp overnachten waar we net geluncht hadden. Maar door nu naar Base Camp door te lopen kunnen we de volgende dag al een poging wagen de piek te beklimmen. En (nog belangrijker) kunnen we dit overdag doen in plaats van
2013-12-06 08.49.102013-12-06 08.49.102013-12-06 08.49.10

Barranco Wall
in nacht waar de vrieskou heerst op de berg. De afgelopen dagen hebben we rondom de berg gelopen. Dagelijks stegen we een paar honderd meter, daalde wat af, overnachtten en de volgende dag dezelfde routine. Na dit kamp gaat dit veranderen. Vanaf nu gaat de weg omhoog. Omhoog naar de piek!



Het lijkt alsof de berg het doorheeft. Ze laat bakken met regen, hagel en sneeuw op ons los. Base Camp bevindt zich op een bergkam op 4.600 meter hoogte. Het duurt enorm lang voor we deze bergkam bereikt hebben. Ik ben kapot en voel me enorm beroerd door de hoogte. Ik heb het gevoel alsof ik geen stap meer kan zetten en elk moment om kan vallen. Elke keer als ik denk dat we het kamp bereikt hebben, komt er nog een rotsblok, en daarachter weer een rotsblok enzovoort.



Als we in het kamp aankomen voel ik mij inmiddels flink ziek. Georg en Alyse geven me snel chocola en pijnstillers (oftewel Kili Candy), en al snel ben ik er weer bovenop. Ik kijk om me heen en mijn mond valt open. Base camp bevindt zich op een prachtige locatie. De semi-desert heeft plaatsgemaakt
IMG_9225IMG_9225IMG_9225

Op Barranco Wall
voor Alpine dessert: een maanachtig landschap bestaande uit sneeuw en stenen. Het kamp is klein. De grenzen van het kamp worden aangeven door steil naar beneden lopende kliffen. Het moet één van de meest bijzondere en afgelegen plekken zijn waar ik de nacht heb doorgebracht. We gaan vroeg naar bed. Morgen is de dag...



Dag 5: Summit Day

05.00 Am: Gewapend met een grote hoeveelheid kleren, baklakava en hoofdlamp beginnen we aan de dag waar het allemaal om gaat. Ik ben er niet gerust op. Gisteren kon ik bijna niet meer vooruit komen en dat was slechts een klim van 4.100 naar 4.600 meter. Van basecamp naar de top gaat om een klim van 4.600 naar 5.895 meter. Ik twijfel serieus of ik dit ga halen. We zullen we zien bedenk ik me…



De twijfels maken niet veel later plaats voor bewondering. Vanaf 5.000 meter zien we de zon opkomen. Een prachtig kleurenspektakel. Op dat moment bevindt zich al niks meer boven ons (behalve de top van de Kilimanjaro zelf uiteraard) en we worden omgeven door een wit tapijt van sneeuw. Ik leun tegen een rots en kijk neer op een pakket wolken, af en toe doorbroken door een piek van een berg. Dit voelt al als het dak van Afrika. De lucht kleurt oranje en groen terwijl de horizon zich vult met een streep van zonlicht. Zelfs de zonsopgang lijkt zich onder ons af te spelen.



Kort erna komen de twijfels terug. De wandeling is zwaar, loodzwaar. We gaan recht omhoog over met ijs en sneeuw bedekte rotsblokken. Er wordt niet gepraat, alleen geklommen. Ik hoor alleen het ritmisch voortbewegen van onze voetstappen over de met sneeuw bedekte stenen. Het belang van pole pole wordt mij op deze hoogte steeds duidelijker. Ik ben nog nooit zo buitenadem geweest van lopen in zo’n langzaam tempo.



Er wordt door sommigen gekotst. Zelf ben ik ook enorm misselijk. Ik dwing mezelf snacks te eten om energie te houden. De hoogte vraagt haar tol. Na elke slok water uit mijn camelbag ben ik buiten adem en elke beweging kost energie. Ik ben duizelig, licht in mijn hoofd en heb letterlijk het gevoel dat ik geen stap vooruit meer kan zetten. Ik heb me voorgenomen pas af te haken als ik niet meer op mijn benen kan staan. Dit is niet het geval dus ik loop door: stap voor stap, meter voor meter, pole pole.



Op het moment dat ik er echt doorheen zit zie ik de prachtige, immense, fel witte gletsjers van Kilimanjaro. Zo fel en zo wit, dat ik alleen met zonnebril op recht naar de gletsjers kan kijken. Kort erna zie ik in de verre verte de rim van de krater: Stella Point. Ik weet dat het vanaf Stella Point nog 1 uur lopen naar Uhuru Peak is. De krater is nog ver, enorm ver en ik zit er echt doorheen. Maar de prijs is in zicht dus ik klim door.



Ik probeer diep adem te halen door mijn armen te spreiden. Jezus wat heb ik het benauwd. Ik wil gewoon niet meer. Douglas begint zachtjes te zingen. 'Kilimanjaroo, halleluljah Kilimanjarooooo'. En ik zet nog een stap, en nog een, en nog een... Twee uur later komen we eindelijk aan bij Stella Point. Alles valt van me af. Het is prachtig! We zien een enorme, met sneeuw bedekte, weergaloze krater. De krater van Kilimanjaro! Het is een geweldig moment. Weg twijfels. Het gaat lukken. Ik ga de Kilimanjaro beklimmen. Iets wat een
DSC_7848DSC_7848DSC_7848

Base Camp
doel voor mij is geweest voor heel 2013 (en waar ik eerlijk gezegd nooit zeker van was).



In de verte zien we een bordje dat het hoogste punt van de krater aangeeft: Uhuru Peak. Het maakt niet uit hoe moe je bent op dat moment. Naar dat punt loop je op karakter. Niet veel later staan we er dan ook. We staan op het hoogste punt van Afrika, we staan bovenop de Kilimanjaro!



Dag 6:

Gisteren maakte de euforie van het piekmoment als snel plaats voor vermoeidheid. Na Uhuru bereikt te hebben moet je uiteraard ook nog terug. Rond 15.00 s’middags komen we aan bij Base Camp. Iedereen is uitgeput. De volgende dag worden we wakker van het geluid van porters die de sneeuw van onze tenten af aan het schrapen zijn. Als we buiten komen zien we dat er s’nachts een behoorlijke sneeuwstorm gewoed heeft. Wat een geluk dat we een dag eerder de piek beklommen hebben.



We zetten de weg naar beneden in. Het gaat in een hoog tempo en al snel komt mijn knieblessure opzetten. Ik was er enorm bang voor dat dit zou gebeuren en ben in eerste instantie opgelucht dat dit op de weg terug gebeurd. Maar aangezien je bij afdalen enorm je knieën gebruikt wordt de weg naar beneden een regelrechte martelgang voor me.



Al lopend zien we in een vlug tempo nog even de klimaatzones van de berg: Alpine dessert, semidessert, Mooreland en regenwoud. Zo’n ruim twee uur voor we beneden aankomen begint het nog keihard te regenen. Zo hard dat zelfs onze waterdichte bergschoenen het begeven. Binnen no time zijn we allemaal volledig doorweekt. Het maakt niet meer uit. De berg is beklommen!


Additional photos below
Photos: 32, Displayed: 32


Advertisement

DSC_0411DSC_0411
DSC_0411

Summit day!
IMG_9257IMG_9257
IMG_9257

Zonsopgang
DSC_7838DSC_7838
DSC_7838

Stella Point


Tot: 0.164s; Tpl: 0.016s; cc: 5; qc: 44; dbt: 0.0624s; 1; m:domysql w:travelblog (10.17.0.13); sld: 1; ; mem: 1.2mb