Paraguay: een wereld van verschil


Advertisement
Paraguay's flag
South America » Paraguay » Asunciòn » Santísima Trinidad
November 3rd 2012
Published: December 23rd 2012
Edit Blog Post

De volgende ochtend pakken we samen met Johannes de bus naar Ponta Pora, een plaatsje op de grens van Brazilië naar Paraguay. De reis laat ons het platteland van Brazilië zien: uitgestrekte groene akkers met op de achtergrond licht glooiende heuvels. Tussen de akkers door staan af en toe piepkleine houten hutjes die bijna uit elkaar vallen. We kunnen het ons bijna niet voorstellen, maar er blijken daadwerkelijk mensen in te wonen. Het kan niet anders dan dat ze een armoedig bestaan leiden. Even zien we een glimp van de schaduwzijde van Brazilië: een land waarin met name de mensen die op het platteland leven het erg zwaar hebben. Het platteland van Brazilië is in handen van een aantal grootgrondbezitters. Zij laten boeren voor een armzalig loontje hun akkers verbouwen. Aangezien het allemaal privégebied is, kan de regering weinig aan deze situatie doen. De grootgrondbezitters hebben zo’n enorme machtspositie dat ze het zich kunnen veroorloven om hun arbeiders te betalen wat ze willen.

Als we bij een wegrestaurant stoppen (de bus stopt overigens waar de passagiers maar willen, soms dus om de 100 meter) scoort Tijs een paar empanada’s –deegbroodjes met en vleesvulling erin die je overal in Zuid-Amerika op elke straathoek kunt kopen. Een oude man met comboyhoed en cowboylaarzen aan, begint tegen Tijs aan te praten. Vanuit de bus zie ik Tijs een beetje schaapachtig lachen en gebaren dat hij geen Portugees spreekt. Maar dat houdt de man niet tegen, want hij begint onverstoorbaar verder te kletsen. Dat zullen we nog veel vaker meemaken. Op de één of andere manier maakt het sommige mensen niet uit als ze geen reactie krijgen, als ze maar kunnen praten. Maar het zegt wel iets over hoe de Brazilianen zijn: hartelijk, warm, spontaan. Brazilië heeft mede daardoor –en natuurlijk vanwege de prachtige natuur en veelzijdige cultuur- een plekje in ons hart. Eerlijk gezegd hadden we van tevoren niet zulke hoge verwachtingen van Brazilië. Onze motivatie om erheen te gaan had te maken met geld: vliegen op Rio de Janeiro bleek de goedkoopste optie te zijn. Maar na ruim drie weken Brazilië weten we zeker dat we er heel graag nog een keer terug willen komen, ongeacht of het nu goedkoop is om er naar toe te vliegen.

Laat in de avond komen we aan in Ponta Pora. Omdat het al donker is, besluiten we om in het grensplaatsje te overnachten en de volgende dag de grens pas over te gaan. Bij het eerste beste hotel dat we tegenkomen stappen we naar binnen. In de chique lobby onderhandelen we voor het eerst deze reis over de prijs van een overnachting. Ik trek de stoute schoenen aan en noem een lager bedrag dan op de prijslijst vermeld staat. De receptioniste gaat onmiddelijk akkoord.
De kamer is luxe: een groot, kingsize bed met dikke dekens, een mini-bar en een mooie flatscreen tv. Na het avondeten in het restaurant zoeken we ons bedje op en vallen we al snel in slaap.

De volgende dag blijkt er één vol verrassingen: ’s ochtends staat er een heerlijk ontbijt voor ons klaar: verse sappen, broodjes, yoghurt, musli, taart, fruit: het kan niet op. Na ons flink tegoed te hebben gedaan aan al het eten gaan we vol goede moed richting de grens. Het blijkt een heel ander soort grensovergang te zijn dan normaliter. We moeten in verschillende kantoortjes, die een kwartier van elkaar rijden vandaan liggen, een uit- en in-stempel halen. Onze exit-stempel voor Brazilië is een makkie: zonder problemen wordt er een stempel gezet. Maar wanneer we onze entrada stempel voor Paraguay willen halen, staat ons een onaangename verrassing te wachten. Het kantoortje blijkt dicht te zijn en pas om zeven uur ’s avonds open te gaan. We balen flink, want dat betekent dat we meer dan acht uur moeten wachten.

Aangezien we niet echt veel andere opties hebben, slijten we de uren in een enorme Shopping Mall waar merkkleding, cosmetica, elektronica en voedingsmiddelen worden verkocht. De Shopping Mall heeft ook verschillende eettentjes waaronder een Burger King, een tentje waar je sushi kunt kopen en een soort van Kentucky Fried Chicken. Daarnaast is er ook een bar die ‘’ beertowers” (grote vazen met bier) verkoopt. Wij brengen de middag dan ook etend en drinkend door, onderwijl kijkend naar hoe het personeel met een slakkengang de meest afzichtelijke kerstboom van het oostelijk halfrond optuigt. Het is half november maar Paraguay is al in volle kerststemming.
We zijn blij als we ’s avonds eindelijk onze stempel kunnen halen. Aangezien er in Ponta Pora niet veel meer te doen is dan shoppen, pakken we meteen de nachtbus naar de hoofdstad van Paraguay: Asunción.

Als we aankomen in Asunción is het meteen duidelijk dat we in een heel ander –lees het één na armste land van Zuid-Amerika- zijn. Het busstation ziet er verwaarloosd uit, buiten liggen zwervers op de grond en onze taxi rammelt aan alle kanten. We laten ons afzetten bij één van de duurste hotels van Asunción. Voor een nacht betalen we zo’n vijftig euro per nacht voor drie personen. Daarvoor krijgen we een suite-achtige kamer terug.

De volgende dag gaan we Asunción verkennen. Het is best een aardige stad met veel mooie, oude gebouwen en ruim opgezette parken. Het verval is wel duidelijk ingetreden: loslatend pleisterwerk, scheve stoeptegels, gaten in de weg. Het is verre van een moderne stad en het is voor ons moeilijk voor te stellen dat dit echt de hoofdstad is. Wat het plaatje er ook niet echt beter op maakt, zijn de complete families –de kinderen op blote voeten en gescheurde kleding- die rondzwerven op straat. Paraguay heeft een moeizame geschiedenis vol dictators achter de rug die hun zakken vulden ten koste van de bevolking. Pas sinds 1989 zijn er vrije verkiezingen. Het is te hopen dat dat de bevolking ook meer voorspoed zal brengen.

Ondertussen gaan wij terug naar ons luxe hotel waarbij we heel decadant in ons rooftop swimmingpool plonsen en een biertje pakken, onderwijl genietend van het uitzicht over de stad.

Na bestudering van de Lonely Planet blijkt er niet zo gek veel te doen in Paraguay. Dat zal dan ook wel de reden zijn waarom vrijwel alle backpackers dit land links laten liggen. Toch vinden wij het leuk om juist wél naar een land te gaan dat niet zo veelbezocht is, ook om een keer iets anders te zien dan de populairdere, ‘standaard’ landen. Omdat we nog meer van het land willen zien, pakken we in Ascunción een bus naar een ander stadje in de buurt waar vandaan we met een taxi een rondrit gaan maken naar allerlei andere dorpjes. De busrit is een hele belevenis: het vervoersmiddel stamt uit de jaren ’50: rammelt en kraakt aan alle kanten. Bovendien houdt de buschauffeur er een vrij pittige rijstijl op na (lees: keihard door de stad scheurend, auto’s en voetgangers ternauwernood ontwijkend) en multitasken is zijn middle name. Onder het rijden verkoopt hij namelijk tickets, gooit hij de deuren open en dicht (de bus vermindert alleen vaart bij de haltes en de passagiers moeten daarom de rijdende bus in springen), corrigeert hij de speling op zijn stuur aangezien deze naar links wijkt en neemt hij af en toe een slokje van zijn matte (thee). In Paraguay is matte volksdrankje nummero uno. De kruidige thee wordt vervoerd in grote thermosflessen en zowel koud als warm, door een ijzeren rietje met aan de onderkant een klein zeefje, gedronken. Werkelijk waar iedere Paraguyaan heeft zo’n thermosfles bij zich en we zien dan ook iedereen om ons heen non-stop nippen van deze thee.
Later proberen Tijs en Johannes de thee zelf ook te maken, maar helaas krijgen ze het niet voor elkaar en eindigen we allemaal met de poederachtig thee-substantie in onze mond.

Onze reis in Paraguay eindigen we met een bezoek aan de Jezuïetenmissie in Trinidad.
Een kleine geschiedenisles: halverwege de 16e eeuw kwamen de Jezuïeten naar Zuid Amerika en stichtte Jezuïetenmissies in Argentinië, Bolivia en Paraguay, om zo de verre Spaanse kolonies te evangeliseren en civiliseren.

De koloniale bezetters gebruikten de inheemse bevolking (de Guarani indianen in Paraguay) als slaven, terwijl de Jezuïeten juist met hen samenwerkten. Ook aanvaarde de Jezuïeten het stammensysteem en pasten het toe in hun missies, zodoende de overgang voor de Indianen makkelijker werd gemaakt. De Guarani waren gegroepeerd onder een cacique opperhoofd. In elke missie, welke uit ongeveer 4.000 zielen bestond, woonden verschillende caciquen, waarvan elk opperhoofd was over 20 tot 30 families. Elke familie bewerkte hun eigen terrein om in de levensbehoeften te voorzien, en een gemeenschappelijk terrein, 'De grond van God', voor het algemeen welzijn. De basis van het missieleven was het godsdienstige. In deze christelijke republiek was alles gericht op meerdere glorie van God. De missies waren zo succesvol, dat de machthebbers ze als bedreiging ervaarden. In 1767 maakte koning Karel III van Spanje een bruusk eind aan de Jezuïtenmissie en verdreef de Jezuïeten uit Paraguay.

Er zijn nog acht Jezuïetenmissies bewaard gebleven in Paraguay, maar ook diverse in Argentinië en Bolivia. Jezuïetenmissie Trinidad en Jesus staan echter op de Unesco wereld erfgoedlijst.

Beide missies hebben eenzelfde opzet, met een centraal plein, waarachter de hoofdkerk staat, daarachter de sacristie (gedeelte waar onder andere de benodigdheden voor de mis worden bewaard) en aan weerszijden een school, huizen van de geestelijken en rondom het plein huizen van de inheemse bevolking.

Wij bezoeken alleen de missie van Trinidad. Deze is vrij goed bewaard gebleven en het is interessant om te zien hoe ze zo lang geleden al in staat waren om zo'n mooie stad te maken met prachtige details en al. Maar het meest bijzondere is nog wel dat wij de enige bezoekers zijn. Toch een vreemde gewaarwording om zo moederziel alleen tussen één van de belangrijkste toeristische trekpleisters van Paraguay te lopen.

De busrit richting de grens is wederom weer een hele belevenis. De bus is oud, gammel en onwijs vies. Het stortregent en de ramen blijken niet goed te sluiten waardoor het water naar binnen stroomt. Op een gegeven moment voelen we een koude windvlaag bij onze benen. Wat blijkt? Een luik in de bodem van de bus is losgegaan waardoor we zo de straat op kunnen kijken. Laten we zeggen dat deze bus in Nederland de APK niet door zou komen...

Toch overleven we ook deze busrit en komen we veilig aan bij de grens van Paraguay. Na de nodige formaliteiten, steken we de grens over naar een nieuw land: Argentinië!


Additional photos below
Photos: 12, Displayed: 12


Advertisement



Tot: 0.103s; Tpl: 0.013s; cc: 9; qc: 52; dbt: 0.0445s; 1; m:domysql w:travelblog (10.17.0.13); sld: 1; ; mem: 1.1mb