Vietnam-Laos


Advertisement
Laos' flag
Asia » Laos » West » Vang Vieng
April 4th 2008
Published: April 5th 2008
Edit Blog Post

Waarde landgenoten,

De vorige keer dat we elkaar tegenkwamen op deze blog waren we nog maar net begonnen aan ons Vietnam-avontuur. Ondertussen zijn we Vietnam al een tijdje buiten en maken we onze weg (soms letterlijk) in Laos. hoog tijd om nog eens te schrijven dus!

In Hoi An, Vietnam, waar onze laatste blogupdate eindigde bleven we een hele tijd hangen. De reden was dat we een aantal kleren lieten maken in deze stad die de kleermakershoofdstad van Vietnam wordt genoemd. Voor een prijs waar je in Belgie nauwelijks een paar schoenen voor hebt, lieten we hier een hele kleerkast op maat gemaakte kleren maken. Een bezoekje aan het postkantoor en alweer een pakketje van een kilo of 10 is onderweg naar huize Dockx.

Van Hoi An reisden we verder naar het zuiden naar een redelijk grote kuststad met de naam Na Thrang. We vonden een goedkoop hotelletje een beetje uit de buurt van de toeristenarea, waar we goed verzorgd werden door onze hoteleigenaar. Het was hij die me op een gegeven moment in zeer moeilijk te verstaan Engels probeerde uit te nodigen om 'duck' (eend) te gaan eten. Nu moeten jullie weten dat het wat Vietnamezen niet
Weeskindjes in Kontum.Weeskindjes in Kontum.Weeskindjes in Kontum.

Dit dorp had 4 weeshuizen, met elk meer dan 100 kinderen!
vlees betreft niet zo nauw komt. Ze eten er met veel smaak stukken van beesten (ingewanden, koppen, staarten) die wij bij wijze van spreken nog niet aan onze hond zouden voederen. Daarbij ligt op de markt het vlees altijd uren bloot tussen het stof en de vliegen in de warme zon. Ik weigerde dus zo vriendelijk mogelijk de uitnodiging van de hoteleigenaar, een beslissing waar ik heel blij mee was, zeker toen ik na een tijdje doorkreeg dat hij niet 'duck' maar 'dog' (hond) had bedoeld...

In Na Thrang ging ik ook duiken terwijl Krista een 10-tal meter boven mij snorkelde. De zichtbaarheid was amper 5 meter en buiten een merkwaardige, van vorm veranderende inktvis was er niet zoveel te zien, maar de duikmeester bleek een gentenaar, dus het werd een gezellige boel. We huurden nog een brommertje om langs slijkweggetjes naar afgelegen watervallen te snorren en toen was het weer tijd om een volgende bus te nemen naar ...

Mui Ne, een piepklein kustplaatsje, heel mooi, maar het ganse gehucht stonk naar vissaus. Vissaus wordt gemaakt door visafval samen met water en zout in gigantische kruiken in de bloedhete zon te laten gisten. Het resultaat is een donkerbruin sopje dat best wel lekker smaakt bij rijst, maar het goedje stinkt zo hard dat het bij wet verboden is om het op het een vliegtuig van Vietnam Air mee te nemen, vanwege gevaar op uitlopen! In dit plaatsje maakte iedereen zijn eigen vissaus om een centje bij te verdienen. Op een dag scheurden we met ons brommertje langs de enige straat in Mui Ne toen we een grote supermarkt zagen, met erbinnen enkele gigantische vriezers. Het was warm en we zagen een ijsje wel zitten. Maar toen ik de eerste vriezer opendeed bleek deze vol te zitten met vissaus, ook in de volgende zaten enkel flessen met dit bruine vocht. Ook in de rekken zagen we enkel vissaus en begonnen we door te krijgen dat we ons in een supermarkt bevonden, ter grote van een gemiddelde ALDI die maar 1 ding verkocht...vissaus!

Onze volgende stop was Saigon, of Ho Chi Minh city (HCMC), zoals ze het tegenwoordig noemen. Het is er, en dat is zacht uitgedrukt, een zeer drukke stad, waar voor elke auto een 20tal brommertjes rondrijden, en er zijn al veel autos! Op deze plaatsten leer je naar alle kanten tegelijk kijken. In HCMC legden
Paam, in het 'wilde oosten" van Laos!Paam, in het 'wilde oosten" van Laos!Paam, in het 'wilde oosten" van Laos!

Binnen de 2 minuten waren we (wij en 2 duitste vrienden) omringd door de lokale bevolking die ons wel heel curieus vonden!
we vele kilometers te voet af door het chaotische verkeer en bezochten we Wat's (boeddhistische tempels), museas en markten. We lieten er ons masseren door een vereniging van blinde masseurs en dronken een peperduur pintje op het dak van de hoogste wolkenkrabber.

Van HCMC naar Dalat, een plaatsje op een kleine 2000meter hoogte, waar het lekker koel en vooral minder druk was. De weg ernaartoe was zo bochtig dat kotszakjes er a volonte werden uitgedeeld. Het landschap leek er verassend veel op Tirol! We bezochten er een zijdefabriekje waar we het volledige proces van zijdemaken konden meevolgen, van het kweken van rupsen tot een afgewerkte kimono, en namen een kabelbaan (echt wel Tirol!) naar een tempel op een berg.

Afgekoeld en nog met de frisse berglucht in onze neus trokken we vanuit Dalat verder naar Kontum, in de buurt met de grens van Laos. Nu hadden we tot zover onze afstanden inVietnam afgelegd met bussen van wat ze hier noemen 'Open Tour Bus System'. Vanwege de langgerekte S-vorm van Vietnam volgen alle toeristische bestemmingen elkaar op in een nogal loische volgorde, elke dag zijn er vele bussen die deze weg afleggen. Het zijn comfortabele bussen en ze zijn gemakkelijk te reserveren. Omdat we onze weg verder wilden zetten naar Laos weken we af van deze 'toeristenroute' en werd iets simpels als de bus nemen ineens onverwacht moeilijk...

Om te beginnen kwam de beloofde pick-up niet opdagen om ons naar het busstation te brengen. Nog net voor de bus zou vertrekken namen we een taxi waarvan de chauffeur geen letter engels sprak en die zijn centrale moest opbellen om het woord 'busstation' te vertalen. Nog net op tijd konden we in onze minibus spingen en verliep voor de rest het eerste deel van onze tocht vrij comfortabel, de chronisch kotsende bejaarde vrouw op de bank voor ons buiten beschouwing gelaten. In Buon Ma Thuot, waar we vervoer verder moesten zoeken verliep het minder vlot. We vonden 2 minibusjes (meestal japanse kleine busjes waarmee hier veel van het lokale vervoer gebeurt tussen minder bevolkte plaatsen) die onze richting uitgingen, maar de bestuurders ervan maakten ruzie over wie ons zou mogen vervoeren. Wij wisten natuurlijk dat dit een ruzie was over degene die ons te veel zou mogen aanrekenen. We spraken met de winnaar van het dispuut een prijs af door deze op te laten schrijven: 200.000 Kip, dat is
De trappen op naar Wat Phu Champasak.De trappen op naar Wat Phu Champasak.De trappen op naar Wat Phu Champasak.

Een prachtig Khmer tempelcomplex lag bovenaan deze trap omringd met geurende magnolia bomen.
ongeveer 15 Euro, voor 2 personen. Een dure prijs, maar toch nog redelijk voor de afstand die we moesten afleggen. Enkele kilometers buiten Buon Ma Thuot echter was de prijs opeens 200.000 Kip per persoon, een belachelijk hoge prijs, maar de chauffeur hield vol dat we moesten betalen. Toen het busje stopte om nog een laatste passagier op te pikken besloten we te bluffen. We stapten uit en begonnen onze zware rugzakken naar buiten te sleuren. We beseften goed dat we onszelf een hoop last aandeden door uit te stappen, het was al laat in de namiddag en er was amper bewoning waar het busje stilstond. Bang geworden dat hij de lange weg ging moeten afleggen met 2 lege plaatsen gaf de buschauffeur uiteindelijk toe en betaalden we 200.000 Kip voor 2 personen. De rest van de reis verliep in een ietwat grimmige stemming. 50 km voor Kon Tum, onze bestemming voor die dag, werd iedereen plots aangemaand het busje te verlaten. Ook onze medepassagiers, die alemaal vietnamees waren, moesten eruit. Zonder een (althans voor ons) verstaanbare uitleg stonden we 's avonds laat met onze bagage op straat. Toen ik protesteerde bij de buschauffeur kreeg ik 40.000 Kip terug in mijn hand geduwd en deed hij teken dat dat voor de bus naar Kon Tum was. Volgens de Vietnamezen die tesamen met ons gestrand waren zou er die dag echter geen bus meer komen. Er daagde een man met een auto op die ons voor een dure prijs verder wou brengen en enkele van de gestrande vietnamezen wilden een duit in het zakje doen voor 1 van de overblijvende plaatsjes. Weer werd iemand opgebeld, de dochter van de man in de auto dit keer, om te vertalen naar het engels. Tijdens deze omslachtige discussie om een prijs kwam er echter plots een minibusje aan, waar iedereen haastig in ging zitten. We propten onszelf er ook nog bij tot we met 23 (!) mensen in een busje zaten dat kleiner was dan het busje waar wij vroeger mee reden. Eind goed al goed? Nah! Enkele kilometers verder werden we klemgereden door de eerst zo vriendelijke man met de auto, die uitstapte en met wijde gebaren naar onze chauffeur begon te roepen, waarschijnlijk omdat hij met zijn potentiele klanten gaan lopen was.

Een dik uur later kwamen we eindelijk aan in Kon Tum, vlakbij de grens met Laos. Het bleek een
Van Pakse naar Phonsavan.Van Pakse naar Phonsavan.Van Pakse naar Phonsavan.

Stappen, want de bus zat weeral eens vast!
heerlijk klein stadje en de onvertrouwdheid die de inwoners hadden tegen blanken gaf ons weer het avontuurlijke gevoel dat we de laatste weken hadden gemist op de touristtrail in Vietnam. We spendeerden er enkele prettige dagen alvorens verder te trekken naar Laos.

De grensovergang met Laos verliep behoorlijk vlot omdat we ons visum al hadden geregeld in HCMC. Binnenkomen in dit land is als 50 jaar teruggeworpen worden in de tijd. Tussen de glooiende heuvels zijn amper stenen huizen te vinden en grote stukken bos worden verbrand om plaats te maken voor landbouwgrond. Attapeu, onze eerste bestemming, was een klein stadje met brede lanen en zonder hoge gebouwen. Het was er warm, daar in het zuiden van Laos, en 's avonds stortten we os met graagte op de Beerlao, het enige nationale biertje en best een lekker vocht. Enkele jaren geleden kreeg het nog een prijs van een belgisch genootschap van bierproevers.

Over Pakse, een grote stad naar Lao-normen, reisden we verder naar Si Pan Don, het uiterste zuiden van het land. 'Si Pan Don' is Lao voor '4000 eilanden' en het gaat hier over de eilanden (wel degelijk meer dan 4000 als je de kleintjes meetelt) in de Mekong-delta. De Mekong is op deze plaats 14 kilometer breed en gevlekt met eilandjes. Op 1 van die eilandje, Don Det, bewoonden we een gamel stelthutje vlak aan de rivier. We hebben er veel gezweet, maar alleen omdat het zo warm was want we hebben er eigenlijk niets gedaan. Vanuit onze hangmatten hadden we een uitzicht dat zo idyllisch was dat het wel een Disney-film leek. Lao-kindjes speelden tikkertje in de rivier, moeder eend zwom voorbij met haar 12 kuikentjes, het varken rolde in de modder en de puppies speelden met de poezen, dat soort dingen. Ook dze meligheid werden we na een tijdje beu en het was weer tijd voor aktie.

Via Champasak, waar we een prachtige oude Khmer-tempel zagen, reisden we weer naar het noorden. Een boot en 2 bussen (waarvan we er 1 om de paar kilometer in kniehoog slijk zelf omhoog moesten duwen) bracht ons in Ponsavan, een provinciale hoofdstad. Naast de weinig benijdenswaardige titel van meest gebombardeerde streek ter wereld heeft Ponsavan nog een bijzonderheid te bieden, in de buurt is namelijk de Plain of Jars, grote velden vol gigantische stenen potten waarvan het doel nog altijd niet bekend is. De streek ligt
Een van de vele bommen in Laos.Een van de vele bommen in Laos.Een van de vele bommen in Laos.

We lazen dat er per inwoner !1 TON! bommen viel tijdens de oorlog met Amerika!
hier nog vol met UXO's (onontplofte bommen en mijnen, maar maak je geen zorgen moeder, ik loop hier nooit te ver de bosjes in om te gaan plassen) en de plaatselijke bevolking krijgt 1 dollar per kilo oud metaal van de bommen. Voor hen is dat veel geld en ze proberen dus dikwijls zelf bommen te ontmijnen, met soms tragische gevolgen...

Een rit van een goeie 200 kilometer bracht ons op onze volgende bestemming, Vangvieng, een uit zijn voegen gebarst dorpje in een vallei omringd door scherpe kalksteenrotsen. Langs die rotsen loopt een riviertje, aan dat riviertje staat een hutje en in dat hutje zit ik dit te schrijven. Voor mijn neus staat een Beerlao en naast mij zit Krista uitbundig haar haren te kammen. Ze is net gaan zwemmen. De enige taak voor de rest van de dag is mijn rugzak laten repareren bij de schoenmaker om de hoek zodat we morgen weer verder kunnen reizen. Binnen een week komen de zus van Krista en haar vriend ons een paar weken vergezellen. We zullen hen gaan ophalen in Bangkok en zijn dus in blijde verwachting! Tot zover de avonturen van Kristandie in Azie, tot binnen een paar weken
Een Wat (boeddhistische tempel) in Vang Vieng.Een Wat (boeddhistische tempel) in Vang Vieng.Een Wat (boeddhistische tempel) in Vang Vieng.

Een typisch staaltje Laos kunst!
maar weer!



Additional photos below
Photos: 13, Displayed: 13


Advertisement



Tot: 0.073s; Tpl: 0.013s; cc: 12; qc: 57; dbt: 0.0474s; 1; m:domysql w:travelblog (10.17.0.13); sld: 1; ; mem: 1.2mb