't Is oke. Je gaat er niet aan dood.


Advertisement
China's flag
Asia » China » Yunnan » Jinghong
February 16th 2015
Published: February 16th 2015
Edit Blog Post

KunmingKunmingKunming

City of eternal spring
Eind januari had ik eindelijk 6 volle dagen vakantie. Ik wilde heel graag naar het Zuiden van China en vond uiteindelijk enkele kennissen die meekonden. Reizen met mensen die je niet zo goed kent is echt leuk! Ik nam het vliegtuig helemaal alleen want de anderen reisden op een ander moment of wilden geld sparen en namen de trein. Die doet er 35 uur over om het massale land te doorkruisen. Een van mijn reisgezellen, een Fransman, wilde nog meer geld sparen en boekte niet eens een ‘sleeper’ maar gewoon een ‘hard seat’. Dat is zoveel als een houten plank om op te zitten, non-stop voor 35 uur, heen en terug! Avontuurlijke kerel, we hebben heel de reis gelachen met alle toeren die hij uithaalt om het goedkoop te houden. Toen hij naar Xi’an reisde boekte hij zelfs een staanplaats op de trein, voor 16u! Zijn motto: “‘t Is oke. Je gaat er niet aan dood.”

Kunming, de stad van de eeuwige lente, maakt haar naam helemaal waar! Ik was onmiddellijk alle stress vergeten toen ik in het zonnetje rond het prachtige meer liep. Die dag slenterden we wat rond en genoten van het zuiderse straatleven. We kregen een gratis massage aangeboden op straat en passeerden enkele locale marktjes. Iedereen staarde ons, ‘the white people’, aan. ‘s Avonds namen we een slaapbus naar de rijstvelden in Yuanyang. Ieder had een bedje, al was het klein en heel warm op de bus. Er hing ook een geurtje want iedereen moest zijn schoenen uitdoen voor hij op de bus ging. Om 2u snachts kwamen we aan in een dorpje in de rijstvelden, onder een klare hemel vol sterren. Na 4 uurtjes slaap stonden we weer op om de zonsopgang te zien, maar de stralende hemel was veranderd in een dichte mist. We waren per ongeluk een uur te vroeg opgestaan en stonden daar maar wat te kijken en te wachten en te hopen, maar nee. De mist bleef hangen en er was geen zonsopgang te zien. Een heerlijk ontbijt -kraakverse boatze- in een lokaal restaurantje deed wonderen. Aan de muur van het restaurant hing een certificaat van de voedselinspectie. Dit voorspelde niet veel goeds, maar we trokken er ons niets van aan. Het eten was heerlijk vers en zoals de Fransman zo dikwijls zei: ”’t is oke. Je gaat er niet aan dood.” Ook de volgende dagen voorspelden ze niets dan mist en bewolking in Yuanyang. Daarom beslisten we diezelfde dag al door te reizen naar Jinghong, nog meer zuidelijk, maar we maakten er eerst nog het beste van. Doordat we zo vroeg waren opgestaan hadden we nog een lange voormiddag voor we weer de bus op moesten. We reden langs kleine dorpjes temidden van de rijstvelden. Af en toe kwam de wind opzetten en konden we enkele minute van het prachtige landschap genieten. Echt indrukwekkend.

Met z’n vijfen waren wij het perfecte reisgezelschap. De Zweedse Chinees regelde en vertaalde alles en kon goedkope deals regelen omdat hij niet als een echte toerist werd beschouwd. Ook een Noors meisje met Vietnamese roots sprak vloeiend Chinees en kreeg vanalles geregeld. Anderzijds hadden we ook veel voordelen dankzij mezelf en de twee anderen, een Fransman en een Zwitser. Westerlingen zijn altijd goede reclame in China. Restaurants willen Westerlingen lokken om indruk te maken op de locals. Ik werd ook constant gevraagd om op de foto te gaan met Chinezen. Een bleke huid en daarbovenop nog eens donkerblonde krullen, dat vinden zij geweldig. Ik vraag me af of ze dan aan hun vrienden laten zien dat ze ‘rijke, knappe, westerse vrienden’ hebben. Meerdere keren
干杯 "Gan bei!" (schol!)干杯 "Gan bei!" (schol!)干杯 "Gan bei!" (schol!)

Feest bij Chinese boeren
kreeg ik te horen dat ik toch zo’n mooie bleke huid heb, en dat was telkens als een groot compliment bedoeld. Ik vind het een beetje zielig hoe kleine Chinese meisjes een minderwaardigheidscomplex wordt aangepraat over hun huidskleur. Sommige dames lopen met een zonneklep rond die hun volledig gezicht bedekt, om toch maar zo bleek mogelijk te blijven. De eerste keer dat ik zo iemand op een brommertje voorbij zag komen verschoot ik mij een bult! Je kan absoluut niks zien van haar gezicht, maar zij kan uiteraard wel door de klep heen kijken, anders zou het gevaarlijk worden. Een boerka is er niks tegen!

In Jinghong was het nog warmer en overal waar ik keek waren palmbomen. We wilden graag het regenwoud bezoeken in een natural park wat verderop. Het toeristische deel wilden we vermijden. Als je ooit in een Chinees attractiepark bent geweest begrijp je zeker wat ik bedoel: hordes Chinese toeristen, gidsen met oorverdovend luide micro’s, niets is authentiek, een en al kitscherige souvenir shops... Een verschrikking. Wij wilden gewoon een rustige stille wandeling in het regenwoud. Toen we eindelijk een taxi gevonden hadden, zei de chauffeur een veel toffere plaats te weten dan het saaie park waar wij naartoe wilden. Hij bracht ons naar een van de verschrikkelijk luide, drukke plaatsen waar we verplicht de Chinese gids moesten volgen. We hadden beter moeten weten. Na een uur konden we het niet meer aan en glipten we door een achterpoortje het park uit. We passeerden enkele boeren die thee aan het plukken waren. Mijn Chinese reisgezel maakte een babbeltje met hen en zo kwam het dat we de rest van de dag bij deze families versgeplukte Puer thee dronken en s’avonds met hen feest vierden. Ze hadden die dag een varken geslacht dat we samen opaten en doorspoelden met zelfgemaakte Baijui (Chinese vodka). Mijn mannelijke reisgezellen hadden het niet gemakkelijk. Zij moesten het Chinese drinktempo proberen te volgen en durfden de aangeboden sigaretten niet af te slaan. Er zijn vele strenge regels in de Chinese etiquette: Rochelen en slurpen zijn allemaal geen probleem maar als je iets wordt aangeboden is het onbeleefd om te weigeren, ook al wil je het niet. De dag die zo moeizaam was begonnen draaide uit in een dronken feestje bij lokale boeren! Het was een geweldige ervaring en uiteindelijk raakten we allemaal heelhuids weer in ons hostel.

Omdat het onmogelijk leek om in the niet-toeristische deel van het national park te geraken, namen we de volgende dag het openbaar vervoer naar de toeristische Elephant Valley. Er werd net een tv-reportage opgenomen over de olifanten. Toen de tv-reporters ons spotten zagen ze een mooie kans: in plaats van ons weg te jagen vroegen ze ons om op de foto te gaan met de olifanten. Als westerling ben je in bepaalde regio's van China echt een celebrity. Voor de terugrit naar Jinghong hadden we geen bustickets en moesten we dus proberen op een van de minibusjes naar Jinghong te geraken door te liften. De tv-mensen konden ons al een stukje op weg helpen maar gingen daarna een andere richting uit de verkeerde richting uit. Plots reed voor ons een ander busje dat wel naar Jinghong ging. De tv-mensen waren echt heel vriendelijk. Ze haalden het andere busje in en reden het klem. Wij stapten snel uit en liepen naar de chauffeur, maar hij wilde ons niet meer meepakken De tv-mensen stapten nu ook uit het busje en kwamen onderhandelen voor ons, tot we uiteindelijk toch mee mochten. En er waren nog net 5 plaatsen vrij! Dit was een van de laatste busjes die hier rondreden en taxi’s waren er ook niet. Hoeveel geluk kan je hebben op een dag?

De laatste dag van de reis was mijn verjaardag. Na het ontbijt –spicey noodles- huurden we mountainbikes en fietsten we in de brandende zon naar het regenwoud. We passeerden kleine dorpjes en vele bananenplantages en rubberbomen. Na 3 uur fietsen lieten we onze fietsen achter en begonnen we te klimmen op de rotsen in de rivier. Het regenwoud was pachtig! Soms leek het op een gewoon bos, maar dan weer was er bamboo en vreemde exotisch planten die het echt speciaal maakten. Een regenwoud is zoals een woestijn: het is overal, de grootsheid is niet uit te leggen en niet op foto vast te leggen. Het is een ervaring die je zelf moet meemaken.

Die avond vloog ik terug naar Kunming, om van daar 's morgens vroeg terug te vliegen naar Beijing. Ik bracht de nacht door op de luchthaven want ik had maar 5 uur tussen mijn 2 vluchten. De avonturen waren nog niet voorbij. Eenmaal geland in Kunming ging ik mijn bagage afhalen en een plekje op de luchthaven zoeken om wat te slapen. Net toen ik mij wou
JinghongJinghongJinghong

zon en palmbomen
installeren merkte ik dat mijn fototoestel weg was. Ik was 100% zeker dat het in mijn rugzak zat toen ik die incheckte, maar nu was het verdwenen. Het was midden in de nacht en op de luchthaven was er bijna geen personeel meer aan het werk. Ik probeerde nog wat securitymensen aan te spreken maar die waren te lui om te antwoorden, laat staan in het Engels. Mijn nieuw fototoestel en al mijn foto's van de reis, gewoon weg! En mijn goed humeur ook. Uiteindelijk sliep ik een uurtje en stond ik om 5u weer op. Op dat uur begint de luchthaven normaal weer te leven. Ik dacht niet dat ik mijn fototoestel ooit zou terugzien maar wilde het er ook niet zomaar bij laten. Uiteindelijk vond ik mensen die konden helpen. Hun Engels was gebrekkig dus het was moeilijk om hen duidelijk te maken hoe het precies gegaan was, maar deze keer deden ze wel moeite. Ik wachte en wachte terwijl ze rondbelden, meer dan een uur. Uiteindelijk liet ik mijn gsm nummer achter en haaste me naar de security check want ik had nog maar 15 min voor mijn vlucht naar Beijing zou opstijgen. Op het moment dat
KunmingKunmingKunming

City of eternal spring
ik eindelijk door de security was geraakt werd er afgeroepen dat iedereen van mijn vlucht aan boord moest zijn. Ik liep zoals ik in een lange tijd niet meer gelopen heb! Uitgeput kwam ik aan de gate aan en kon ik gelukkig nog aan boord. Een minuut later werd de gate gesloten.

Sinds ik terug ben van op reis heb ik harder gewerkt dan ooit. Raar, maar je wordt het wel wat gewoon. De afgelopen weken kwam ik zelden voor 24u thuis van het labo. Een keer moest een experiment echt af en werkte ik door tot 3u30 in de nacht. Toen mn vrienden vroegen of ik het de dag erna dan rustiger aan kon doen reageerde ik: “ja ja, vandaag werk ik enkel van 11 tot 20u.” Dat leek echt een korte dag voor mij, tot ze mij erop wezen dat dat een normale werkdag is in Belgie. Voor mij zijn deze lange dagen maar tijdelijk. Over een maand ben ik weer in Belgie, waar weekends werkelijk weekends zijn en waar mensen een leven hebben buiten hun werk. Maar die Chinezen kunnen niet aftellen. Dit is hun leven, voor altijd! Ik begrijp niet hoe zij dat volhouden.

Advertisement



Tot: 0.075s; Tpl: 0.013s; cc: 10; qc: 49; dbt: 0.0438s; 1; m:domysql w:travelblog (10.17.0.13); sld: 1; ; mem: 1.2mb