A Stewart Island Expedition


Advertisement
New Zealand's flag
Oceania » New Zealand » South Island » Invercargill
March 12th 2014
Published: March 12th 2014
Edit Blog Post

Zondag, maandag, dinsdag 9, 10, 11 Maart 2014



Zondag gaat de wekker vroeg en ik heb niet zoveel geslapen. Ik neem nog een laatste douche, nu het nog gaat. Alles in de rugzak proppen en wachten op de shuttlebus naar de ferry. Deze is een beetje te laat maar na 30 minuten zijn we in Bluff of het Zuidelijkste punt van NZ. De rugzak gaat in een aparte container. Iets voor 9u30 schepen we in en kort daarna varen we uit. Het is een overdekte catamaran, er is weinig ruimte op het dek. De zee rondom Bluff is redelijk ruw en we worden al flink over en weer geschud. Ik krijg al schrik dat dit het ganse uur zo zal zijn maat later bedaart het en de rest va nde overtocht verloopt relatief rustig. Aangekomen in Oban, het enige stadje op Stewart Island is het even zoeken naar het begin van de wandeling. Eens ik de richt gevonden heb, is het 5km tot het begin. De rugzak begint al door te wegen en ik moet nog beginnen. Ik pauzeer onder een boom met een bankje. Op de boom is een oude telefoon bevestigd, een opwindtelefoon die je nog met een operator doorschakelde. Er stopt een busje en een bende toeristen stapt uit. Het toestel is tot 1979 in dienst geweest. Nu is het nog enkel een toeristische hotspot. Ik kom uiteindelijk toe op het begin van de wandeling en ben al kapot. Ik lunch op het mooie strand maar kan al direct op de loop voor wat sandflies. Ik kan dan toch aan de wandeling beginnen. Met nieuwe energie gaat het terug redelijk. Ik ga door dens bos en vaak ook vlak naast de kustlijn. Een stuk gaat over het strand, het mulle zand stapt extra vermoeiend. Onderweg maakt een jogster een foto'tje van me als ik over een brug ga. Het laatste stuk is echt zwaar en de rugzak weegt lood. Ik heb immense pijn in men schouders en ik moet regelmatig pauzeren. Ondanks het niet ver meer is, telt de GPS amper af. Het laatste stuk naar de hut daalt ferm af maar uiteindelijk is hij er dan, de hut! Er zijn binnen al wat mensen en ik zoek een vrij bed. Ik verfris men gezicht even en dan ga ik toch een uur vlak om te recuperen. Er zijn 2 ruimtes, een slaapruimte en dan een zit en eetgedeelte. Het grappige is dat iedereen hetzelfde eet, allemaal gevriesdroogd eten. Er zijn locals, Australiërs, Duitsers en Tsjechen. Een deel van hen doet de grote wandeling van 10d met zeer zware stukken. De rest doet da Rakiura-track zoals ik. 's avonds komt de boswachter of Doc-ranger onze reserveringen controleren. Ze vertelt nog wa over de tracks en over eventuele kiwi-spotting. Ik kook water als drinkwater voor de volgende dag. Tegen 21u is het zo goed als donker. Er zijn wat kaarsen voor verlichting maar de meesten trekken naar bed. Het is nog vroeg maar er is weinig anders te doen. Ik kijk nog een film op men GSM, Medicine Man. Ik moet er 's nachts 2 maal uit voor het toilet. Het lijkt alsof dat astronauteneten niet verteert. Onderweg naar het toilet reflecteert men licht in de ogen van meerdere onbekende dieren.



Ik ben 's ochtends de laatste wakker en buiten. Het is toch nog maar 9 uur. Het eerste stuk is hetzelfde als gisteren want een stevige klim betekent om te beginnen. In het bos staat er restanten van oude machinerie die gebruikt werd in de tijden toen er nog hout werd ontgonnen. De dingen zijn verroest maar de geur zit er nog in. Ik kruis nog met andere wandelaars, allemaal bekenden uit de hut. Ik hoor plots geritsel langs de kant van de weg. Ik zet men camera aan op video en ga op het geluid af. En ja het vermoeden was juist, het is een KWI. Foto's lukken niet echt maar video lukt goed. Het diertje is niet schuw en gaat rustig voort met zijn zoektocht naar voedsel. Ik doe dan maar rustig verder met men natuurdocumentaire tot het vogeltje terug in het dense bos verdwijnt. Euforisch stap ik verder want dit is echt wel uniek. De ganse wandeling gaat door het bos want wel geweldig is. Puur en ongerept, niets meer. De stukken bergop zijn soms wel zwaar maar ik verdraag de rugzak precies beter dan gisteren. Onderweg zijn er regelmatig stukken met veel modder maar het lukt telkens om deze goed te omzeilen, 1 keer doe ik een slippertje. Net voor het einde van de dag is er een beetje motregen. Het nieuws komt al snel bij de andere hutgenoten en iedereen is stikjaloers. Als kiwi-held slaap ik vandaag boven in de hut. De hut kijkt uit op een baai wat wel magisch is. Rond de hut zien we nog een hert en een weka. Ik vind in de keuken een zwart-witte postkaart uit Parijs. Op de achterkant staat nederlangs geschreven! Het is zelfs geadresseerd aan een adres in Antwerpen, Klappeistraat! Wow! Wat doet dit kaartje hier?! De hutgenoten spelen nog een kaartspelletje maar als om 21u de nacht valt, trekt iedereen naar bed. Enkelen gaan nog kiwi's spotten maar wat opossums komen ze van een kale reis terug. Ik luister nog wat muziek maar om 22u30 gaat de stekker er ook uit.



Ik slaap goed tot 4u maar lig dan wakker doordat ik men toiletdrang negeer. De laatste ochtend in de hut met het mooie zicht op de baai. Inpakken en wegwezen. Er staat buiten een stevig windje. En onderweg is het fris hoewel ik het snel warm krijg. De bomen dansen gretig heen en weer. Met het gekraak lijkt alsof deze elk moment naar beneden kunnen komen. Op een strand is er nog een hele partij volges neergestreken. Het terrein is niet al te zwaar maar tegen de middag krijg ik toch weer enorme pijn van de rugzak en las ik een vervroegde lunchpauze in. Het is nog een uurtje. Op het einde van de track stap ik met wat hutmensen het dorp in. Deze blijven nog even in Oban. Ik ga verder naar het centrum waar ik nog andere wandelaars terugzie. Het is best nog vroeg en men ferry gaat pas om 18u. Ik probeer te herboeken naar 15u30 en ik heb geluk. Ik ga nog even naar de bib en jawel er is gratis wifi. Tijd om mail op te halen. Op weg naar de ferryterminal zie ik bekende gezichten, Preston en Meridith, het Amerikaanse fietskoppel dat ik in Glenorchy ontmoette. Zij hebben een dikke week op Stewart Island gezeten en ook de wandeling gedaan. We varen samen terug en zo heb ik wat gezelschap. Volgens de kapitein ging de tocht redelijk aangenaam worden maar naar onze normen wiebelt het meer dan genoeg. Gelukkig gaan we zonder zeeziekte aan wal. Het busje brengt ons terug naar Invercargill. Preston en Meridith zie ik waarschijnlijk terug in Dunedin over een paar dagen. Op de camping zie ik men geliefde Santos weer. Het is er ook een pak drukker als vorige keer. Er is nog een franse en Italiaanse fietsers. Ik geniet volop van de douche en ga dan naar de winkel. Ik koop maar wat kleinigheden want ik heb niet de intentie van te koken. Ik trakteer mezelf op Fish 'n Chips en dit is een voldoende grote portie. Morgen een dagje rust om van de stijfheid te bekomen. Dat was weeral een belevenis erbij. Rondtrekken met de rugzak en slapen in een hut. Ik ga maar snel terug fietsen, die spieren zijn beter getraind.



Woensdag 12 Maart 2014:





Ik slaap lekker lang maar ik voel de stijfheid nog goed na men wandeltochtje. Hier zal ik nog wel even plezier van hebben. Ik ga Skypen in de bib en dan trek ik naar de toeristische dienst voor een infobrochure voor de komende dagen over de Catlins, kwestie van te weten wat we kunnen verwachten. Ik stap een bakkerij binnen voor een snack. Ze hebben een “Belgium Slice” geen flauw idee wat dit is. Bij een fietsenwinkel zie ik een Vlaamse leeuw hangen. Ik ga even horen of er Vlamingen zitten maar er blijkt om louter wielerfanaten te gaan. In de namiddag ga ik naar de bioscoop, 300, een vervolg op een eendere film. Terug op de camping is er een fietser met een trailer. Het merk van zijn fiets, SNEL verraad dat het het om een Nederlander gaat. Hij heeft eerst in Myammar gefietst en nu al een tijdje in Nieuw Zeeland, tot half april. We wisselen nog wat tips uit voor de komende routes.


Additional photos below
Photos: 18, Displayed: 18


Advertisement



14th March 2014

Klappeistraat
Die brief naar de Klappeistraat... een kaart uit het verleden die iets over de toekomst voorspelt net zoals de komst van Joachim Stiller ...magisch realisme. De Parijse locatie is dan weer een hint naar Umberto Ecco...magisch realisme ...misschien moet je opzoek naar een bepaald persoon of naar de slinger van Foucault of een verhaal van de toekomst

Tot: 0.221s; Tpl: 0.012s; cc: 11; qc: 57; dbt: 0.0738s; 1; m:domysql w:travelblog (10.17.0.13); sld: 1; ; mem: 1.2mb