Bezoek aan een keizerlijk vakantieverblijf in Chengde.


Advertisement
China's flag
Asia » China » Hebei » Chengde
June 29th 2007
Published: November 30th -0001
Edit Blog Post

Vrijdag 29 juni.

De tijdelijke verslaggevers hebben een dagje verlof genomen. Omdat ze maar drie weken komen, willen we geen tijd verliezen maar om het maken van een verslag vol te houden is een dagje niets doen eigenlijk absoluut nodig. Vandaag klimt Wim dus weer even in de pen, maar omdat die nog met een achterstand zit die moet ingehaald worden, zal het summier blijven.

Met onze verplaatsing naar Chengde zijn we in Hebei gekomen, een provincie die Beijing omsluit. Chengde zelf ligt ongeveer 250 km ten noordoosten van Beijing. De naam Chengde is trouwens erg recent, de plaats had lang twee namen: Jehol in het Manchu en Rehe in het Chinees.
Hoewel Hebei vanaf de vroegste tijden werd bewoond, speelde het eeuwenlang slechts een ondergeschikte rol in de geschiedenis van China. Tussen de 11de en de 3de eeuw voor Chr. werden hier 2 vorstendommen gevormd. Deze werden in het keizerrijk opgeslorpt toen China voor de eerste keer was verenigd tussen 221 voor en 220 na Chr. Hebei werd toen een grensprovincie waar de Chinezen en de nomadische Xiongnu (Hunnen) regelmatig tegenover elkaar stonden. De Grote Muur werd hier een belangrijke verdediging tegen de buurvolkeren. Vanuit deze regio werden ook geregeld aanvallen op het nabij gelegen Koreaanse schiereiland uitgevoerd. Hier kwam vanaf de 11de eeuw verandering in, toen een reeks van niet-Chinese volkeren over het noorden van China heerste terwijl in de 13de eeuw de Mongolen de Yuan-dynastie stichtten. Deze volkeren maakten Beijing tot hun hoofdstad. Met de Ming-dynastie (1368-1644) kwam het gebied weer in Chinese handen. De hoofdstad werd aanvankelijk naar Nanjing verplaatst, maar het hof keerde al spoedig weer terug naar Beijing. De nabijheid van dit hof zorgde voor een voorspoedige ontwikkeling van de handel en de kunstnijverheid in de provincie. De Qing-dynastie ontstond in Mantsjoerije en heerste vanaf 1644 over heel China. De Qing keizers ‘ontsnapten’ geregeld aan het stedelijke Beijing om in de natuur rond Chengde te jagen en de hitte van de zomers in Beijing te ontvluchten.
In 1703 werd in Chengde begonnen met de bouw van het Keizerlijke Bergpaleis, dat voltooid werd in 1792 onder de heerschappij van keizer Kangxi in de hoogtijdagen van de Qing-dynastie. Het complex beslaat 564 ha en is daarmee twee keer zo groot als het Zomerpaleis in Beijing. Het Bergpaleis bestaat eigenlijk uit 2 delen: het paleis zelf en het omringende park. Het paleis is opgebouwd uit een groep ‘kantoorgebouwen’ voor de Qing keizers en omvat daarnaast ook verschillende residenties. Hoewel het een keizerlijk paleis is, heeft het een strenge en sobere bouwstijl. Er zijn alleen grijze, ongeglazuurde bakstenen en tegels gebruikt. De bouw contrasteert dan ook sterk met die van de grootse Verboden Stad. De centrale hal, die zijn naam dankt aan nanmu (sandelhout) is de plek waar Qing keizers hun staatszaken afhandelden, ceremonies hielden en buitenlandse delegaties of vooraanstaande leden van één van de vele etnische groeperingen ontvingen. Tijdens de beginperiode van de Qing-dynastie werd het territorium van het Chinese rijk uitgebreid ten koste van Tibetaanse, Mongoolse en Uygurse buurstammen. Om deze wat ‘te lijmen’, liet keizer Qianglong rond het Bergpaleis 12 tempels bouwen volgens de traditie van de geassimileerde volken. Veel hoogwaardigheidsbekleders van die etnische groepen werden met veel pracht en praal in het Bergpaleis ontvangen en ook in een tempel die hen vertrouwd moest voorkomen. Betekenisvol was wel dat deze tempels in een ruime boog werden gebouwd met het Bergpaleis (en de Chinese keizer) in het middelpunt.
In augustus 1820 werd keizer Jiaqing vlakbij Jehol door de bliksem getroffen. Na dit slechte voorteken liet het hof Jehol een tijdlang links liggen, maar keizer Xianfeng vluchtte hier in 1860 naar toe, toen de paleizen in Beijing door Westerse troepen werden bezet. Hij stierf hier een jaar later, waarna Jehol helemaal door de Qing-keizers genegeerd werd. Rond de laatste eeuwwisseling bevonden vele paleizen van het complex zich in een verregaande staat van verval.
Na de stichting van de Republiek in 1912 kreeg de stad de naam Chengde en werd de hoofdstad van de nieuw gevormde provincie Jehol (Rehe). Deze provincie werd tot 1933 grotendeels door krijgsheren gedomineerd. Van 1933 tot 1945 zwaaiden de Japanners de scepter over dit gebied. Momenteel is Chengde grotendeels teruggevallen tot de provinciestad die het vroeger was.
Met de bus waren we snel aan de zuidelijke ingang van het grote domein. Het weer was zonnig en we begonnen vol goede moed aan de paleizen die oorspronkelijk de privé verblijven van de Qing-keizers en hun gevolg waren geweest en ook hadden gediend om gasten te ontvangen. Nu was een groot deel van deze gebouwen als museum ingericht. We namen bij de inkom allemaal een audiogids. Deze werkte automatisch: als men door de verschillende hallen en binnenplaatsen van het museum wandelde, kreeg men op welbepaalde plaatsen uitleg. Er waren echter enkele grote nadelen aan dit systeem. Bij de oudere audiogidsen die niet automatisch werkten, moest men in de zalen naar speciale tekens zoeken waar een code vermeld stond. Als men dan die code intypte, kreeg men uitleg over het voorwerp waar men bij stond. Bij deze oudere systemen was het steeds de kunst om alle museumstukken waar informatie over gegeven werd, te vinden. Bij dit systeem was dat niet het geval meer: liep men een gebouw binnen waar het systeem informatie over had, werd die automatisch gegeven. Men kon echter niet terugspoelen om de uitleg nog eens te beluisteren. Omdat de uitleg vaak te snel ging en de informatie vaak over een hele zaal ging, konden we de uitleg niet altijd goed volgen. Voeg daar aan toe dat de Chinese museumbezoekers meestal in een grote groep achter een gids met megafoon aanlopen, dan is duidelijk dat op veel momenten de uitleg van de audiogids verloren ging in het luidruchtige achtergrondlawaai. Zelfs toen we op slinkse wijze de codes om de audiogids opnieuw op te starten hadden bemachtigd, waren we na afloop het unaniem eens: in het vervolg nemen we enkel nog een audiogids indien we zelf kunnen terugspoelen.
Ondanks de gebreken van de audiogids kregen we heel wat informatie over de hoogtepunten van de Qing-dynastie met de keizers zoals Qianlong en Kangxi. We konden heel wat pracht en praal zien en sommige zalen hadden nog een deel van de ‘oorspronkelijke’ inrichting en meubels, al hadden we wel een vermoeden dat er het een en ander grondig was ‘gerestaureerd’. Er waren verschillende tentoonstellingen te zien van siervoorwerpen, porselein, juwelen en kleding uit de hoogdagen van de Qing-dynastie. Veel aandacht werd echter ook besteed aan het verval en de corruptie in de keizerlijke entourage die de aanleiding was van de semi-koloniale status waarin China in de 19e eeuw terechtkwam. De ‘westerse’ mogendheden Amerika, Engeland, Frankrijk, Duitsland, Rusland, Japan, Italië, en ….België hebben hierbij een niet zo fraaie rol gespeeld.
De Ongelijke Verdragen werden toegelicht die China moest ondertekenen na elke nederlaag in de confrontatie met deze ‘alliantie’. In die verdragen raakte China heel wat territorium en nog veel meer aanzien kwijt terwijl het keizerlijke gezag in China zelf alle geloofwaardigheid verloor.
Aan keizerindouairière Cixi werd een aparte tentoonstelling gewijd. Ze had ook langdurig in dit domein verbleven en veel van deze hallen waren nu te bezichtigen. Na de dood van keizer Xianfeng in 1861 kon zij de macht in handen krijgen omdat ze de moeder was van de troonopvolger. In de tentoonstelling werd uit de doeken gedaan dat ze een vrouw was met een opmerkelijk sterk karakter maar bijzonder egocentrisch en zonder echt politiek inzicht. Ze slaagde er echter in om 48 jaar lang het keizerlijke hof en dus ook China te regeren. Door haar politieke onbekwaamheid heeft ze uiteindelijk het einde van de Qing-dynastie in de hand gewerkt.
We konden ook kennis maken met de excentrieke kantjes van Cixi zoals een enorme zucht naar pracht, praal en luxe. Haar eetlust moet ook groot geweest zijn: de maaltijden die ze liet aanrukken had makkelijk duizenden gewone onderdanen kunnen voeden. Zoals veel Chinese keizers had ze haar eigen middelen om de veroudering te bestrijden: Cixi had de gewoonte om dagelijks menselijke melk te drinken. Zoals bij de keizers voor haar, bleek deze strijd zinloos. Voor Cixi kwam haar dood trouwens net op tijd want zo heeft ze zelf de ondergang van Qing-dynastie niet moeten meemaken.
Na het bezoek aan de vroegere privé vertrekken van het keizerlijke hof, kwamen we in het enorme park achter het eigenlijke paleis terecht. Hier bevonden zich heel wat vijvers en meren die met elkaar verbonden waren door dijken met mooie bruggen. In het park liepen ook herten rond die zo tam waren dat ze gewillig naar toeristen toekwamen om te bedelen voor voedsel. Op uithangborden hingen waarschuwingen dat men voorzichtig moest zijn met het voederen van de dieren omdat het toch nog steeds om ‘wilde’ dieren ging. We zagen hier een goed voorbeeld van: Chinezen die voor de foto de herten wat toestopten werden door de opdringerige dieren ‘aangemaand’ om daar mee door te gaan.
Op verschillende eilanden stonden paviljoenen die dienst hadden gedaan als rustplaats voor de keizers tijdens hun jachtexpedities. In verschillende van die paviljoenen waren tentoonstellingen ingericht. In één er van konden we wapens zien die door de keizer tijdens de jacht werden gebruikt. Op het eerste eiland dat we aandeden waren de tentoonstellingen vooral gewijd aan de bouw van allerhande houten gebouwen en de verschillende structuurelementen die daarbij gebruikt werden. We zagen er ook heel wat maquettes van houten hallen, paviljoenen, bruggen en konden goed zien hoe deze werden opgetrokken praktisch zonder metalen nagels of schroeven doordat de houten balken als puzzels in elkaar pasten.
Het domein was echter te groot om helemaal te bewandelen. We hadden gelezen dat de ‘Misty Rain Tower’ de moeite waard was. In de verte hadden we één indrukwekkende toren gezien en zette na het bezoek van de paviljoenen van een eerste eiland koers in die richting. Al snel vermoedden we dat de bewuste ‘Misty Rain Tower’ helemaal niet op plaats kon liggen naar waar we op weg waren. Na het raadplegen van één van de schaarse informatieborden, bleek dat we helemaal terug moesten om vanaf het begin van het park de dijk naar een ander eiland te nemen. Hoewel we nergens iets van een toren konden bespeuren, kwamen we toch bij het juiste gebouw uit: het bleek helemaal niet om een toren te gaan, de juiste vertaling van de Chinese naam was ‘Misty Rain Building’ en niet ‘Misty Rain Tower’. Het bewuste gebouw bleek de moeite waard en tot onze grote verbazing was hier midden in het domein een ‘Tourist Information Centre’ gevestigd waar een hele goede introductievideo werd vertoond over het Keizerlijk Bergpaleis en de verschillende tempels er rond. Waarom deze video niet aan het begin van het domein of in het museum werd vertoond is ons nog steeds een raadsel. De video was wel dermate boeiend dat we ze helemaal bleven uitzien, dat wil zeggen diegene die hun ogen konden openhouden.
Na het bekijken van de video wandelden we terug naar de uitgang omdat het al redelijk laat was geworden. Onderweg zagen we nog hoe een houten paviljoen met heel veel geduld van nieuwe geschilderde taferelen werd voorzien.
Met de bus kwamen we weer aan het hotel waar we eerst even tot rust kwamen bij het aperitief op de kamer van Thomas. Hij had een eigen tweepersoonskamer helmaal voor zich zelf omdat het hotel alleen maar tweepersoonskamers had. Het hotel lag op het domein van een school, midden tussen de speelplaatsen. Het had de toepasselijke naam van ‘Teachers Hotel’. De school had waarschijnlijk een afdeling waar leerkrachten opgeleid werden. Tijdens bijscholingen werden de leerkrachten die van ver kwamen in dit hotel gehuisvest. In het hotel konden we het ritme van het schoolleven goed volgen: om 6 uur ging al de eerste bel. Tot grote frustratie van vooral Thomas vulden de speelplaatsen zich dan met leerlingen. Aangezien het om een grote school met een paar duizend studenten ging, was uitslapen meestal niet mogelijk: onze kamers lagen op het gelijkvloers en een paar meter van onze ramen stonden banken waar al heel vroeg leerlingen plaatsnamen in afwachting van het begin van de les. Het lawaai dat daarmee gepaard ging was aanzienlijk. Ook tijdens het weekend werd het niet echt rustig, dan bleken grote groepen leerkrachten hier te verzamelen voor waarschijnlijk een bijscholing. Deze begon wel wat later en het geroezemoes was veel minder luid, maar ook tijdens het weekend liet de schoolbel zich vanaf 6 uur regelmatig horen op het ritme van de normale schooldag.
's Avonds genoten we weer van een smakelijke en gevarieerde maaltijd. Het overvloedige personeel dat de schotels op de tafels moest zetten, bestond vooral uit jonge meisjes. Thomas kon één van hen overhalen om van ons vijven een groepsfoto aan een welgevulde tafel te maken. De foto kwam na een paar pogingen en veel gegiechel tot ieders tevredenheid tot stand.





Additional photos below
Photos: 15, Displayed: 15


Advertisement



Tot: 0.301s; Tpl: 0.014s; cc: 21; qc: 138; dbt: 0.1505s; 1; m:domysql w:travelblog (10.17.0.13); sld: 1; ; mem: 1.5mb